2.3 Geld lenen kost geld les 2

2.3 - Geld lenen kost geld
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

2.3 - Geld lenen kost geld

Slide 1 - Diapositive

Planning
Uitleg
Zelfstandig werken
Nabespreken

Slide 2 - Diapositive

Geld lenen betekent dat je geld van een ander gebruikt.

Je leent bijvoorbeeld omdat je niet wilt wachten totdat je iets duurs kunt kopen. Of omdat je onverwacht dringend geld nodig hebt. 

Slide 3 - Diapositive

Geld dat je geleend hebt, moet je terugbetalen. Dat noem je het aflossen van een lening. 

Als je geld geleend hebt van de bank, moet je ook rente over de lening betalen.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Een lening betaal je in maandtermijnen terug. Met alle maandtermijnen samen betaal je méér terug dan je geleend hebt. Alles wat je zo meer betaalt, zijn de kosten van een lening, voornamelijk rente.

Slide 6 - Diapositive

Een percentage ( % ) is een deel van het geheel. Als je bijvoorbeeld €10,- rente moet betalen voor een lening van €200,- dan is de rente €10,- / €200,- x 100% = 5% van het geleende bedrag. 

Slide 7 - Diapositive

Je leent €100,- bij de bank. Je moet 7% rente betalen. Hoeveel is dat?

Slide 8 - Question ouverte

Je leent €450,- bij de bank. Je moet 5% rente betalen. Hoeveel is dat?

Slide 9 - Question ouverte

Lening terugbetalen in maandtermijnen. 

  • Als je geld leent betaal je rente aan de bank. 
  • Dat zijn de kosten van je lening. 
  • Je spreekt af met de bank in hoeveel maandtermijnen je de lening terugbetaalt. 

Slide 10 - Diapositive

Zelfstandig werken
Maken: 
Opdracht 6 t/m 10 
Blz 66 t/m 67 


timer
1:00

Slide 11 - Diapositive