Als je oorlog wilt voeren, heb je vrienden nodig. Daarom sloten sommige landen vriendschap met elkaar: ze werden elkaars bondgenoten. Groepen landen spraken af om elkaar te helpen bij een oorlog.
In Europa ontstonden twee grote bondgenootschappen. Het bondgenootschap van de Geallieerden bestond uit Rusland, Engeland en Frankrijk. De Centralen was het bondgenootschap van Duitsland, Oostenrijk-Hongarije en Italië. Europa raakte verdeeld in twee partijen.