2.4 Populaties

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

2.4 Populaties

Invloed uit de leefomgeving

Alle organismen worden beïnvloed door het milieu (leefomgeving)

Het voedsel en de ziekteverwekkers en de vijanden zijn biotische factoren

Temperatuur, regenval en wind zijn abiotische factoren

Invloed uit de leefomgeving

De niveaus van de ecologie 

Niveaus 

• Individu
  
• Populatie
  
• Levensgemeenschap
  
• Ecosysteem  (biotoop)
  

Van individu tot ecosysteem

Individu = enkel organisme

populatie

Populatie:

groep organismen van één soort.

Levensgemeenschap

Alle populaties (verschillende soorten planten, bacteriën, schimmels en dieren) 

in 1 gebied samen

Ecosysteem

Biotoop:

De gezamenlijke abiotische factoren in een ecosysteem. Dus de abiotische factoren (water, temperatuur, lucht etc. ) in het leefgebied van een organisme, 

Ecosysteem:

Alle levensgemeenschappen samen, in een bepaald gebied die onder invloed staan van abiotische factoren, bv bos of sloot.

Populatie grootte

Biologisch evenwicht

Optimumkromme

Populatie grootte, biologisch evenwicht

Te veel voedsel, weinig vijanden

Te veel vijanden,

te weinig voedsel

Genoeg voedsel,

Genoeg vijanden

Optimumkromme

Schommelingen in de natuur.

Abiotische factoren kunnen veranderen, heel warm of heel koud. 

De overlevingskans kun je per soort bepalen via een optimumkromme. In welke factoren kan de soort het beste overleven.

Keuze opdracht

Optie 2:

Mindmap 

Thema 1 afmaken

Optie 1:

HW maken

Blz 94

Opdr. 24 t/m 31

Opdrachten 2.4 

Maak opdrachten  24 tot en met 33

10 minuten in stilte Zelfstandig Werken