Hoofdstuk 4: Statistiek en procenten
1 / 11
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Wat weet je van een groeifactor bij een toename?
A
Groeifactor = 1
B
Groeifactor > 1
C
Groeifactor < 1
D
Groeifactor = 0
Slide 2 - Quiz
Deze vraag gaat over toename.
Match het percentage met de juiste groeifactor.
1,13
1,013
2,3
1,0013
Toename 13%
Toename 1,3%
Toename 130%
Toename 0,13%
Slide 3 - Question de remorquage
Deze vraag gaat over afname.
Match het percentage met de juiste groeifactor.
0,75
0,9975
0,975
Afname 25%
Afname 0,25%
Afname 2,5%
Slide 4 - Question de remorquage
Sleep de juiste groeifactor naar de juiste tekst.
De hoeveelheid neemt in 1 jaar met 12 % toe
De prijzen stijgen elk jaar met 1,2 %
Elk jaar zijn er 12% minder olifanten
groeifactor = 0,88
groeifactor = 1,012
groeifactor = 1,12
Slide 5 - Question de remorquage
Wat is de formule voor het berekenen van een procentuele verandering?
Slide 6 - Question ouverte
Een broek van 80 euro kost in de uitverkoop 60 euro. Hoeveel procent korting heb je gekregen?
A
25%
B
40%
C
12%
D
20%
Slide 7 - Quiz
Bereken de
procentuele toename.
procentuele toename.
Slide 8 - Question ouverte
Hoeveel procent korting krijg je?
Slide 9 - Question ouverte
A
1347,15 euro
B
1256,04 euro
C
1345,5 euro
D
1254,50 euro
Slide 10 - Quiz
De prijs van een TV is € 899,-
inclusief 21%BTW.
Wat kost de TV exclusief BTW?
inclusief 21%BTW.
Wat kost de TV exclusief BTW?
A
€710,20
B
€1137, 98
C
€742,98
D
€1087,79
