H1.1 namen vlakke figuren

1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we deze les doen?
  • Controle h1 voorkennis (e-book).
  • weet je wat 1, 2 en 3 dimensies inhouden
  • Stroomdiagram gebruiken.
  • De namen van driehoeken toekennen. 
  • De namen van vierhoeken toekennen. 
  • De namen van andere vlakke figuren toekennen. 

Slide 2 - Diapositive

Dimensies

Slide 3 - Diapositive

Dimensies
1 dimensie:    Het figuur heeft alleen een lijn
2 dimensies: Het figuur heeft een lengte en breedte
3 dimensies: Het figuur heeft een lengte, breedte en hoogte

Slide 4 - Diapositive

1 dimensie (1D)
Een lijn heeft geen oppervlakte en geen hoogte, daarom zeggen we dat een lijn maar 1 dimensie heeft. 

Slide 5 - Diapositive

2 dimensies (1D)
Een figuur heeft twee dimensies als het een lengte en een breedte heeft. Het figuur is daarom altijd plat of vlak. 
Hier een aantal voorbeelden:

Slide 6 - Diapositive

3 dimensies (1D)
Een figuur heeft drie dimensies als het een lengte, een breedte en een hoogte heeft. Het figuur heeft altijd diepte. Denk aan een 3D film. 
Hier een aantal voorbeelden:

Slide 7 - Diapositive

Hoe werkt het stoomdiagram?

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Op bladzijde 5 van jouw werkboek is het stoomdiagram terug te vinden.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive



Wat voor soort driehoek is dit?
A
Gelijkzijdige driehoek
B
Gelijkbenige driehoek
C
Rechthoekige driehoek
D
Rechtzijdige driehoek

Slide 14 - Quiz

Wat voor soort driehoek is dit?
A
Gelijkbenige driehoek
B
Rechtbenige driehoek
C
Gelijkzijdige driehoek
D
Rechthoekige driehoek

Slide 15 - Quiz

Wat voor soort
driehoek is dit?
A
Scherphoekige driehoek
B
Rechthoekige driehoek
C
Stomphoekige driehoek
D
Gelijkbenige driehoek

Slide 16 - Quiz


Hoe heet deze driehoek?
A
Gelijkbenige driehoek
B
Gelijkzijdige driehoek
C
Rechthoekige driehoek
D
Stomphoekige driehoek

Slide 17 - Quiz

Welk vlakke figuur is dit?
A
vierhoek
B
rechthoek
C
ruit
D
vierkant

Slide 18 - Quiz

Welk vlakke figuur is dit?
A
vierhoek
B
rechthoek
C
ruit
D
vierkant

Slide 19 - Quiz

Welk figuur is dit?
A
Vierhoek
B
ruit
C
paralellogram
D
vlieger

Slide 20 - Quiz

Hoe noem je deze wiskundige figuur?
A
Ruit
B
Wiebertje
C
Parallellogram
D
Rechthoek

Slide 21 - Quiz

Welk soort trapezium zie je hiernaast?
A
Gewoon trapezium
B
Gelijkbenig trapezium
C
Rechthoekig trapezium

Slide 22 - Quiz

Hoe heet dit figuur:
A
Trapezium
B
Vlieger
C
Parallellogram
D
Vierhoek

Slide 23 - Quiz

Een vlakke figuur met 5 hoekpunten noem je een...
A
vierhoek
B
vijfhoek
C
vlakke figuur
D
rechte hoek

Slide 24 - Quiz

Welk vlakke figuur is dit?
A
vierhoek
B
vijfhoek
C
zeshoek
D
achthoek

Slide 25 - Quiz

Dit vlakke figuur heeft 4 zijden, 2 zijden zijn evenwijdig en 2 zijden zijn evenlang
A
Rechthoekig trapezium
B
Trapezium
C
Vlieger
D
Gelijkbenig trapezium

Slide 26 - Quiz

Huiswerk
Maken paragraaf 1 van hoofdstuk 1.
Klaar? Maken H1.2.



Toets H1:
Maandag 27 september

Slide 27 - Diapositive