unit 1 England the North West (9 Sept)

Schoolafspraken
1. respectvol zijn naar anderen;

2. op tijd in de les;
3. Focus in de les (mobiel thuis of in de kluis);
4. De school netjes houden, afval opruimen;
5. Schoolspullen mee, huiswerk af; 
6. (Andere) lessen niet verstoren;
5. Alléen water is toegestaan in het lokaal;
7Flesjes vullen/toilet bezoek vóor of na de les.

1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Schoolafspraken
1. respectvol zijn naar anderen;

2. op tijd in de les;
3. Focus in de les (mobiel thuis of in de kluis);
4. De school netjes houden, afval opruimen;
5. Schoolspullen mee, huiswerk af; 
6. (Andere) lessen niet verstoren;
5. Alléen water is toegestaan in het lokaal;
7Flesjes vullen/toilet bezoek vóor of na de les.

Slide 1 - Diapositive

Check: put everything in blue on your table please
- Stuff for school?
- Homework?  
Paragraph 1.1
- Exercises 2 and 3
Paragraph 1.2: 
- exercises  2, 4,  
Watch + take notes +bring them to class! https://www.youtube.com/watch?v=UZEaK_RzJZg
- Earplugs 
- English Reading book every lesson!

Slide 2 - Diapositive

Unit 1 England the North West

Slide 3 - Diapositive

TASK (5 minutes) 
  1. Write down the homework for next lesson (Tuesday 10 September), go to teams/bestanden/planning;
  2. Plan your homework in your own agenda;
  3. How many moments do you need to finish your homework properly?
  4. Write these moments down in your agenda;
  5. Write also what you are going to do: study (what?), exercises and assignments (what?);
  6. Use abbreviations!

Finished? Start working:)


 


 


Slide 4 - Diapositive

Today:
  1. Welcome & lesson goals (5 minutes)
  2. reading SKILLS (15 minutes)


  3. Grammar: present perfect vs present continuous (15 minutes)
  4. TASK (15 minutes)
  5. Homework (10 minutes)
  6. End of lesson (5 minutes)

Slide 5 - Diapositive

Reading SKILLS (15 minutes)
Get your book, please.

Slide 6 - Diapositive

Lesson goals
  • Students know: 
  1. The difference between present perfect and present perfect continuous
  2.  when to use each tense in a sentence.

Slide 7 - Diapositive

Grammar: Let's go back in time...

Slide 8 - Diapositive

In pairs (2 minutes)
What do you know/remember about the present perfect?
What do you know/remember about the present perfect continuous?

Slide 9 - Diapositive

How is the present perfect made?
Regular verb: 
have/has + voltooid deelwoord (werkwoord + -ed)

Irregular verb: 
have/has + voltooid deelwoord (3e rijtje)

Begon in het verleden en is
  • nu nog bezig of...
  • heeft nog effect op het nu of...
  • is een ervaring tot nu toe.

Slide 10 - Diapositive

Present Perfect (5 minutes)
Write the following sentences in the present perfect:
  1. Ben/play/football.
  2. Suzan/read/her new book.
  3. I/find/some money in the street.
  4. Mr and Mrs Baker/have/an accident.
  5. Thom Davis/win/the tennis match.

Slide 11 - Diapositive

But the present perfect continuous 
Ezelsbruggetje = Duurt lang:!

Slide 12 - Diapositive

Exercise 5 a, page 11 (in pairs)

Slide 13 - Diapositive

Grammar box complete (5a)
I/you/we/they: have + been + hele werkwoord + - ing
he/she/it:         has + been + hele werkwoord + - ing

Slide 14 - Diapositive

Exercise 5 b, page 11

Slide 15 - Diapositive

Exercise 5 b, page 11 (in pairs)
  1. has been living
  2. have been complaining
  3. have you been working
  4. have not been sleeping
  5. have been sitting

Slide 16 - Diapositive

 present perfect vs present perfect continuous...
Present perfect: 
  1. geen nadruk op tijdsduur (in het verleden begonnen en duren nog steeds voort)
  2. eenmalige gebeurtenis (nadruk ligt op het resultaat van iets dat in het verleden is gebeurd)
  3. in het verleden gebeurd (wanneer is niet belangrijk/duidelijk)
  4. zojuist of kortgeleden gebeurd

Present perfect continuous:
  1. nadruk op tijdsduur (in het verleden begonnen en duren nog steeds voort)
  2. dingen gebeuren langere tijd, komen vaker voor of zijn een gewoonte. (nadruk ligt op het resultaat van iets dat in het verleden is gebeurd)

Slide 17 - Diapositive

Lesson goals
  • Students know: 
  1. The difference between present perfect and present perfect continuous
  2.  when to use each tense in a sentence.

Slide 18 - Diapositive

TASK
Decide what you want to do this lesson and start working:)

Slide 19 - Diapositive