Oefenen voc. chapitre 5 (E + F) Grandes-Lignes 1HV
les cheveux
A
de ogen
B
de haren
C
de bril
D
de hond
1 / 25
La durée de la leçon est: 10 minÉléments de cette leçon
les cheveux
A
de ogen
B
de haren
C
de bril
D
de hond
Slide 1 - Quiz
je vois
A
ik draag
B
ik ga
C
ik zie
D
ik maak
Slide 2 - Quiz
célèbre
A
beroemd
B
duur
C
samen
D
wit
Slide 3 - Quiz
gris
A
wit
B
oud
C
grijs
D
zwart
Slide 4 - Quiz
incroyable
A
onbetrouwbaar
B
beroemd
C
ongelooflijk
D
beter
Slide 5 - Quiz
roux
A
rossig
B
roze
C
rood
D
oranje
Slide 6 - Quiz
meilleur
A
mooier
B
slechter
C
samen
D
beter
Slide 7 - Quiz
jaune
A
geel
B
groen
C
oranje
D
bruin
Slide 8 - Quiz
le lapin
A
de kat
B
de hond
C
de aap
D
het konijn
Slide 9 - Quiz
méchant
A
beroemd
B
gemeen
C
blij
D
rustig
Slide 10 - Quiz
le chien
A
de kat
B
het konijn
C
de hamster
D
de hond
Slide 11 - Quiz
content
A
blij
B
aardig
C
gemeen
D
verlegen
Slide 12 - Quiz
grand
A
gemeen
B
groot
C
klein
D
aardig
Slide 13 - Quiz
souvent
A
beroemd
B
ongelooflijk
C
aardig
D
vaak
Slide 14 - Quiz
marron
A
bruin (ogen)
B
bruin (haren)
C
zwart
D
kastanje
Slide 15 - Quiz
quand
A
wanneer
B
hoe
C
vaak
D
waarom
Slide 16 - Quiz
le poisson
A
de hamster
B
het gif
C
de vis
D
de kat
Slide 17 - Quiz
cher
A
goedkoop
B
duur
C
aardig
D
mooi
Slide 18 - Quiz
triste
A
gelukkig
B
verdrietig
C
grappig
D
gemeen
Slide 19 - Quiz
blanc, blanche
A
crème
B
wit
C
blauw
D
bruin
Slide 20 - Quiz
drôle
A
leuk
B
mooi
C
aardig
D
grappig
Slide 21 - Quiz
jouer
A
doen
B
gaan
C
spelen
D
maken
Slide 22 - Quiz
petit
A
klein
B
groot
C
blij
D
gemiddeld
Slide 23 - Quiz
vert
A
geel
B
rood
C
grijs
D
groen
Slide 24 - Quiz
arriver
A
spelen
B
aankomen
C
dragen
D
aardig
