Kommagetallen

1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel
Ik kan logisch rekenen met kommagetallen
Ik weet het verschil tussen een tiende en een honderdste

Slide 2 - Diapositive

Wat is een kommagetal?
Ik kommagetal (decimaal) is een stukje van een geheel.

Bij een kommagetal schrijf je eerst alle helen op. Daarna volgt de komma en achter de komma schrijf je de rest. Je mag een getal altijd aanvullen met nullen.
1,3
5,24

Slide 3 - Diapositive

Wat is het volgende kommagetal?
1,5 - 2,0 - 2,5 - 3,0 - .......
A
3,5
B
4,0
C
4,5
D
3,25

Slide 4 - Quiz

Wat is het volgende kommagetal?
1,20 - 1,30 - 1,40 - 1,50 - .....
A
1,60
B
60
C
1,06
D
1,6

Slide 5 - Quiz

Wat is het volgende kommagetal?
3,0 - 3,2 - 3,4 - 3,6 - ...

Slide 6 - Question ouverte

Tienden en hondersten
Een getal met 1 cijfer achter de komma, noemen we tienden.
5,8 = 5  en 8 tienden

Met 1 getal achter de komma heb je namelijk 10 mogelijkheden: 0,0 - 0,1 - 0,2 enz, tot 0,8 - 0,9 

Slide 7 - Diapositive

Hondersten
Een getal met 2 cijfers achter de komma, noemen we honderdsten
7,45 = 7 en 45 honderdsten

Met 2 getallen achter de komma heb je namelijk 100 mogelijkheden: 0,01 - 0,02 enz, tot 0,97 - 0,98 - 0,99

Slide 8 - Diapositive

Dus:
Staat er 1 getal achter de komma?
Dan spreken we het ALTIJD uit als tienden
0,6 = 6 tienden

Staan er 2 getalen achter de komma?
Dan spreken we het uit ALTIJD als honderdsten
0,05 = 5 hondersten 0,16 = 16 hondersten

Slide 9 - Diapositive

Zet in een kommagetal:
4 en 2 tienden

Slide 10 - Question ouverte

Zet in een kommagetal:
12 en 5 tienden

Slide 11 - Question ouverte

Zet in een kommagetal:
8 en 75 hondersten

Slide 12 - Question ouverte

Zet in een kommagetal:
37 en 99 hondersten

Slide 13 - Question ouverte

Hoe spreken we het uit?

0,09
A
9
B
9 hondersten
C
9 tienden

Slide 14 - Quiz

Hoe spreken we het uit?

0,2
A
2 tienden
B
2 hondersten
C
2

Slide 15 - Quiz

Hoe spreken we het uit?

0,96
A
96
B
96 tienden
C
96 honderdsten

Slide 16 - Quiz

Hoe spreken we het uit?

0,42
A
42 honderdsten
B
42
C
42 tienden

Slide 17 - Quiz

9,76

Hoeveel is de 6 waard?
A
6 helen
B
6 tienden
C
6 hondersten

Slide 18 - Quiz

5,43

Hoeveel is de 4 waard?
A
4 helen
B
4 tienden
C
4 honderdsten

Slide 19 - Quiz

12,74

Hoeveel is de 7 waard?
A
7 helen
B
7 tienden
C
7 hondersten

Slide 20 - Quiz

33, 12

Hoeveel is de 2 waard?
A
2 helen
B
2 tienden
C
2 honderdsten

Slide 21 - Quiz