Cette leçon contient 21 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 55 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Open je boek op blz. 89!
Slide 2 - Diapositive
Du hast 2 min für:
dich zu setzen
Jacke aus
Köpfhörer sind weg
Handys in die Taschen
Laptop liegt auf dem Tisch(und ist zu)
Schulsachen sind auf dem Tisch (Buch, Laptop, Heft, Stift usw.)!
timer
2:00
Slide 3 - Diapositive
Was machen wir heute?
Hulplijnen kiezen
Informationen Repetitie
Wörter schreiben und abfragen
Wiederholung Grammatik 1e, 3e en 4e Fall
Höraufgabe meine Wohnung
An die Arbeit
Abschluss/ Hausaufgaben/deutsches Lied
Slide 4 - Diapositive
Am Ende der Stunde........
aan het einde van de les kan je tenminste vier persoonlijke voornaamwoorden in de dativ en vier persoonlijke voornaamwoorden in de akkusativ benoemen, doordat we opdrachten maken.
Slide 5 - Diapositive
Hulplijnen
Slide 6 - Diapositive
Klassenarbeit 21. April
Slide 7 - Diapositive
Wörter schreiben
de keuken
de woonkamer
helemaal
de slaapkamer
de wc
gebeuren
jammer
voordelig, goedkoop
wanneer, als
in de buurt
timer
4:00
Slide 8 - Diapositive
Wörter abfragen
de keuken
de woonkamer
helemaal
de slaapkamer
de wc
gebeuren
jammer
voordelig, goedkoop
wanneer, als
in de buurt
die Küche
das Wohnzimmer
gar
das Schlafzimmer
die Toilette
passieren
schade
günstig
wenn
in der Nähe
Slide 9 - Diapositive
timer
3:00
ich
er
es
wir
ihr
dir
ihm
ihnen
Ihnen
mich
sie
uns
sie
Slide 10 - Diapositive
timer
7:00
Slide 11 - Diapositive
Aufgabe 9
Slide 12 - Diapositive
timer
5:00
euch
Sie
ihnen
mir
dich
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
An die Arbeit
Machen? Na klar online Kapitel 5
Kies een onderwerp bij versterk jezelf--------------------------------------->
Wie? 10 minuten niet praten en geen vragen
Klaar? Schrijf de woordjes van Lektion 4, 5 en 6, 101-102
timer
10:00
Slide 16 - Diapositive
Am Ende der Stunde........
aan het einde van de les kan je tenminste vier persoonlijke voornaamwoorden in de dativ en vier persoonlijke voornaamwoorden in de akkusativ benoemen, doordat we opdrachten maken.