Toetstraining Hoofdstuk 3 assenstelsel

In welke windrichting rijd je
als je van Zoutkamp naar
Sneek gaat?
A
Zuidwest
B
Zuidoost
C
Zuiden
D
Westen
1 / 21
suivant
Slide 1: Quiz
WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

In welke windrichting rijd je
als je van Zoutkamp naar
Sneek gaat?
A
Zuidwest
B
Zuidoost
C
Zuiden
D
Westen

Slide 1 - Quiz

Welke windrichtingen zijn de hoofdwindrichtingen?
A
Noord en Zuid
B
West en Oost
C
Noord, Oost, West en Zuid
D
Zuid en West

Slide 2 - Quiz

Wat zijn de coördinaten
van punt D
A
C (9,3)
B
C (3,9)
C
C (5,6)
D
C (7,4)

Slide 3 - Quiz




Vul het juiste woord bij het juiste cijfer
A
1 = horizontale as, 2= verticaal, 3= naar rechts.
B
1 = Oorsprong, 2= horizontaal, 3= verticaal.
C
1 = horizontale as, 2= omhoog, 3= naar rechts.
D
1 = Oorsprong, 2= verticaal, 3= horizontaal.

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Diapositive

Wat zijn de coördinaten van punt A?
A
(0, 5)
B
(5, 0)
C
(5, 2)
D
(0, 0)

Slide 6 - Quiz

Wat zijn de coördinaten van punt B?
A
(5, 2)
B
(2, 5)
C
(5, 0)
D
(2, 0)

Slide 7 - Quiz

Hoe lang moet de horizontale as zijn bij de volgende punten? P(9,3) , Q (4,8) en R (10,5)
A
4
B
8
C
9
D
10

Slide 8 - Quiz

Wat zijn de coördinaten van punt G?
A
(4,5 ; 2,5)
B
(6,5 ; 4,5)
C
(6 ; 3,5)
D
(4,5 ; 6,5)

Slide 9 - Quiz

In een uitgebreid assenstelsel komen ook negatieve horizontale en verticale coördinaten voor, klopt dat?
A
nee, alleen positieve coördinaten
B
Ja, dat klopt
C
Ja, maar geen positieve coördinaten
D
nee, alleen negatieve horizontale coördinaten

Slide 10 - Quiz

Sleep de windrichting naar de juist plaats
Noord
Zuid
West
Oost

Slide 11 - Question de remorquage

Sleep de goede naam naar de juiste windrichting bij 1, 2, 3 of 4
oost-noord
noord-oost
west-noord
noord-west
oost-zuid
zuid-oost
west-zuid
zuid-west

Slide 12 - Question de remorquage

Waar waait de wind naartoe bij zuidoosten wind?
A
west
B
noordwest
C
zuidoost
D
oost

Slide 13 - Quiz

welke uitspraken zijn waar?
A
gps is de afkorting van global positioning systeem
B
bij alle gps coordinaten horen er twee punten op de aarde
C
Bij elk punt op aarde horen er drie getallen
D
Bij elk punt op aarde horen er twee getallen

Slide 14 - Quiz

Welk punt of welke punten
zijn geen
roosterpunten
A
punt B
B
punt C
C
Punt D
D
Punt E

Slide 15 - Quiz

Wat zijn coördinaten?
A
Met twee coördinaten kan je een plaats bepalen.
B
Dat zijn getallen die bij een positie op een as horen.
C
Windrichtingen.
D
Wijzers die een richting aan geven.

Slide 16 - Quiz

Wat zijn de coordinaten van punt L?
Wat zijn
de coordinaten
van punt M?
A
M (-2, 1)
B
M (1, -2)
C
M (-2, -1)
D
M (-1, -2)

Slide 17 - Quiz

Waarover gaat de grafiek?
A
De grafiek gaat over de maximale longinhoud van Marieke.
B
De grafiek gaat over de minimale longinhoud van Marieke.
C
De grafiek gaat over de longinhoud van Marieke.

Slide 18 - Quiz

Wat betekent
het punt
(2, 4)?
A
Bij een afstand van 4 m is de bal 2 m hoog
B
Bij een afstand van 2 m is de bal 4 m hoog
C
Bij een afstand van 6 m is de bal 0 m hoog
D
Bij een afstand van 4 m is de bal 4 m hoog

Slide 19 - Quiz

Hoeveel kilogram
weegt
de ree in week 20
A
13
B
15
C
16
D
20

Slide 20 - Quiz

goed gedaan!
succes met het leren voor de toets!

Slide 21 - Diapositive