Theorie van de praktijk - Mengvormen van cosmetische producten

Mengvormen van cosmetische producten 
Theorie van de praktijk | Leerjaar 1 | Periode 3 | Hoofdstuk 3; Mengvormen van cosmetische producten | Blz. 34 t/m 39 | Docenten I. van Ginkel en L. Smolders
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
uiterlijke verzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Mengvormen van cosmetische producten 
Theorie van de praktijk | Leerjaar 1 | Periode 3 | Hoofdstuk 3; Mengvormen van cosmetische producten | Blz. 34 t/m 39 | Docenten I. van Ginkel en L. Smolders

Slide 1 - Diapositive

Programma
Start:
  • Terugblik werking van cosmetische producten
  • Presentatie van Mindmaps vorige les 
  • Wat weten jullie al van mengvormen?
Kern:
  • Theoretische uitleg mengvormen 
  • Aan de slag met de opdracht: Ontwerp jouw eigen product/productlijn
Slot: 
  • Evaluatie 
  • Vooruitblik 

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
Aan het einde van de les:

  • Kan je in eigen woorden omschrijven wat ''oplossingen'' zijn. 
  • Kun je in eigen woorden omschrijven wat ''suspensies'' zijn. 
  • Kun je in eigen woorden omschrijven  wat ''emulsies'' zijn. 
  • Kun je in eigen woorden omschrijven wat '' mengsels'' zijn. 

Slide 3 - Diapositive

Terugblik: Werking van cosmetische producten
Ken jij de belangrijke begrippen nog?

Slide 4 - Diapositive

Er zijn tal van verschillende cosmetische producten voor verschillende doeleinden. Ik welke categorieën kunnen we deze onderverdelen?

Slide 5 - Question ouverte

Lipofoob 
Lipofiel 
Hydrofoob
Hydrofiel
Hygroscopisch 
Hydratant 
Glycerine
Vetafstotend 
Vaseline 
Vochtopnemend 
Vochtvasthoudend 
Vochtaantrekkend 
Vetopnemend 
Vochtafstotend 
Zout
Moisturising cream 
Hydrofiele olie 

Slide 6 - Question de remorquage

Er zijn verschillende soorten zeep. Waarmee wordt een ''harde'' zeep bereid?
A
Nantronloog
B
kaliloog
C
sorbitol
D
glycerine

Slide 7 - Quiz

Hoe noemen we de emulsie wanneer de watermoleculen zich om het oliemolecuul bevinden?
A
Olie-in-water-emulsie
B
Water-in-olie-emulsie

Slide 8 - Quiz

De samenstelling van een reinigingsmilk is vaak..
A
een water-in-olie-emulsie
B
een olie-in-water-emulsie

Slide 9 - Quiz

Welke afspraken zijn er vastgelegd in het Warenwetbesluit Cosmetische producten?

Slide 10 - Question ouverte

Volgens het Warenwetbesluit Cosmetische producten moet ieder product een ingrediëntvermelding hebben met dezelfde benamingen. In welke lijst zijn deze opgenomen?
A
ANBOS-lijst
B
INCI- lijst
C
RIVM-lijst
D
NCV-lijst

Slide 11 - Quiz

Terugblik: Mindmap maken
  • Per groepje geeft 1 persoon een terugkoppeling en laat zij de mindmap zien

Slide 12 - Diapositive

Mengvormen van cosmetische producten
  • Oplossingen
  • suspensies
  • emulsies
  • mengsels

Slide 13 - Diapositive

Wat weten jullie al van:
Oplossingen | suspensies |
Emulsies | Mengsels?

Slide 14 - Carte mentale

Mengvormen..
Oplossingen, suspensies, emulsies, mengsels…..
Cosmetische producten komen in veel verschillende vormen voor. Dit zijn mengvormen. Wat deze producten in ieder geval gemeen hebben is dat er emulgatoren aan zijn toegevoegd. Emulgatoren zorgen ervoor dat de stoffen goed met elkaar vermengd blijven. Wel zo handig!

Belangrijk: Lanettewas en Lecithine zijn voorbeelden van emulgatoren

Slide 15 - Diapositive

Oplossing
  • Vaste stof, vloeistof of gas, die moleculair heel fijn verdeeld voorkomt in een oplosmiddel. 

  • Opgeloste stoffen blijven in de vloeistof zweven en bezinken niet.

  • De opgeloste stof is niet meer zichtbaar, eigenschappen van de stof zijn niet veranderd. 

Slide 16 - Diapositive

Verzadigde vs onverzadigde oplossing
Onverzadigde oplossing:
  • Een klein beetje van een stof opgelost in oplosmiddel -> zwakke oplossing met geringe concentratie 

Verzadigde oplossing:
  • Een geconcentreerde oplossing met veel opgeloste stoffen. Als er geen stoffen meer opgelost kunnen worden noem je dat een verzadigde oplossing. 

Slide 17 - Diapositive

We onderscheiden..
Ware oplossingen:
zijn moleculen van de opgeloste stof zo klein, dat ze door een dierlijke membraan heen kunnen dringen. Voorbeelden hiervan zijn zout en suiker. Als je deze stoffen met water mengt, krijg je een heldere oplossing

Colloïdale oplossingen:
in colloïden of solen zijn de moleculen van de opgeloste stoffen te groot om door een dierlijk membraan heen te kunnen dringen. Een voorbeeld hiervan is het eiwitmolecuul.

Slide 18 - Diapositive

Suspensies
Zijn er in vloeibare en in vaste vormen:
Vloeibare suspensie:
hierin zweven heel fijn verdeelde niet opgeloste vaste stoffen. Wanneer je deze suspensie laat staan, bezinken de grotere deeltjes vrij snel. Een suspensie moet je voor gebruik altijd schudden.


Vaste suspensie:
een pasta is een vaste suspensie van zeer kleine vaste deeltjes vermengd met olie of vet. Daarbij is meer dan 50% vaste stof in een vloeistof verwerkt.

Van links naar rechts: Oplossing | Sol | Suspensie 

Slide 19 - Diapositive

Wanneer spreek je van een geconcentreerde oplossing?
A
Als je een klein beetje van een bepaalde stof oplost in een oplosmiddel
B
Als je geen stoffen meer op kunt lossen in een oplosmiddel
C
Als je veel van een bepaalde stof oplost in een oplosmiddel

Slide 20 - Quiz

Emulsies
  • Sommige stoffen verdragen elkaar niet goed, bijvoorbeeld olie en water.

  • Een emulsie is een mengvorm van een aantal stoffen, die niet in elkaar op te lossen zijn. Toch zijn ze op een of andere manier te mengen en blijven ze gemengd. 

  • Er zijn twee soorten emulsies:
  • 1. ware emulsies
  • 2. colloïdale emulsies

Slide 21 - Diapositive

Ware emulsie
  • Voor het verkrijgen van een ware emulsie gebruik je een emulgator
  • Een emulgator zorgt dat de verschillende stoffen gelijkmatig verdeeld worden en blijven
  • Emulgatoren worden tevens gebruikt om werkstoffen de huid in te laten dringen

  • Voorbeelden van emulgatoren zijn
    1. licithine:
    natuurlijke emulgator, die meestal wordt verkregen uit sojabonen.
    2. Lanettewas:
    synthetische verbinding van alcoholen. Het is een zelfemulgerende was met een hoge stabiliteit.

Slide 22 - Diapositive

Colloïdale emulsie
  • Een water vermengd met een gelvormer
  • Gelvormer zuigt water op en zwelt
  • Voorbeelden van gelvormers zijn gelatine en kaoline.

Slide 23 - Diapositive

Wat is een voorbeeld van een emulgator?
A
Gelatine
B
Kaoline
C
Lanettewas

Slide 24 - Quiz

Mengsels
  • Een mengsel is een stof waarin de stoffen na menging niet van samenstelling veranderen. We onderscheiden:
  • Poedermengsels
  • Aërosols en watervrije vetmengsels:
  • Crémes en oliemengsels

Slide 25 - Diapositive

Welk mengsel heeft een dieptewerking voor de huid?
A
Watervrije crème
B
Watervrije oliemengsels op minerale basis
C
Watervrij oliemengsel op plantaardige basis

Slide 26 - Quiz

Waarbij bezinken de grotere deeltjes snel?
A
Suspensie
B
oplossing
C
emulsie

Slide 27 - Quiz

Een deodorant in een spuitbus is een voorbeeld van een aërosol. Welke stoffen zijn in deze sol gemengd?
A
Een vaste stof met een gas
B
een vloeibare of vaste stof met een gas
C
Een vloeibare stof met een gas

Slide 28 - Quiz

Eindopdracht 2
'Een eigen productlijn ontwikkelen' 

Individueel of in groepsverband (maximaal 4 personen). 
  • Individueel = 1 cosmeticaproduct ontwikkelen 
  • Groepsverband = 4 cosmeticaproducten ontwikkelen 


Lees de eindopdracht goed door op #OnderwijsOnline - UV56 - Theorie van de praktijk SV - Eindopdrachten periode 3 - Eindopdracht 2 - open het word document. 

Slide 29 - Diapositive

Aan de slag.. 
  • Heb je naar aanleiding van de uitleg van de opdracht al besloten of je alleen of in een groepje een product/productlijn wil ontwerpen?
  • Wil je in een groepje samen werken? Maak dan een groepje en geef deze aan de docent door. 
  • Neem de opdracht nog eens goed door. (Staat op #OO eindopdracht P3)
  • Ga de eerste stap van de opdracht uitvoeren. 
  • Volgende les geef je een terugkoppeling hoe de uitvoering is verlopen 

Slide 30 - Diapositive

Op schaal van 1 tot 100: Hoe heb jij de les ervaren?
0100

Slide 31 - Sondage

Vooruitblik
Grondstoffen in cosmetische producten

Slide 32 - Diapositive