bs 4 Biologisch evenwicht

6.4 Biologisch evenwicht
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

6.4 Biologisch evenwicht

Slide 1 - Diapositive

Planning
Planning en leerdoelen bespreken.
Herhalen vorige keer.
Biologisch evenwicht. 
Zelfstandig werken. 

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt de invloeden op organismen indelen in biotische en abiotische factoren
  • Je kunt de niveaus van ecologie beschrijven.
  • Je kunt aangeven hoe de grootte van een populatie wordt beïnvloed door biotische en abiotische factoren

Slide 3 - Diapositive

Wat gebeurd er met de koolstofkringloop als de afbraakschimmels verdwijnen?

Slide 4 - Question ouverte

Leg in steekwoorden de koolstofkringloop uit.

Slide 5 - Question ouverte

Invloed uit de leefomgeving

Alle organismen worden beïnvloed door het milieu (leefomgeving)


Het voedsel en de ziekteverwekkers en de vijanden zijn biotische factoren


Temperatuur, regenval en wind zijn abiotische factoren

Slide 6 - Diapositive

Invloed uit de leefomgeving

Slide 7 - Diapositive

De niveaus van de ecologie 
Niveaus 
  • Individu
  • Populatie
  • Levensgemeenschap
  • Ecosysteem  

Slide 8 - Diapositive

Van individu tot ecosysteem

Individu = enkel organisme

Slide 9 - Diapositive

populatie
Populatie:
groep organismen van één soort.




Slide 10 - Diapositive

Levensgemeenschap
Alle populaties in 1 gebied samen

Slide 11 - Diapositive

Ecosysteem
Alle populaties in 1 gebied samen MET alle abiotosche factoren

Slide 12 - Diapositive

Populatie grootte
Biologisch evenwicht
Optimumkromme

Slide 13 - Diapositive

Populatie grootte, biologisch evenwicht

Te veel voedsel, weinig vijanden

Te veel vijanden,
te weinig voedsel

Genoeg voedsel,
Genoeg vijanden

Slide 14 - Diapositive

biologisch evenwicht

Toestand waarin de grootte van elke populatie in een ecosysteem schommelt om een bepaalde waarde.

Slide 15 - Diapositive

Optimumkromme

Schommelingen in de natuur.
Abiotische factoren kunnen veranderen, bijvoorbeeld heel warm of heel koud. 

De overlevingskans kun je per soort bepalen via een optimumkromme. Hierin wordt een abiotische factor en de invloed op het soort aangegeven.

Slide 16 - Diapositive

Zelfstandig werken
Wat?  Lees 6.4 en maak opgave 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7
Hoe?  Je mag na 5 minuten zachtjes overleggen in je groep
Hulp? Kijk in je boek, vraag binnen je groep, steek dan je vinger op. 
Tijd? 15 minuten. 
Uitkomst?
  • Je kunt de invloeden op organismen indelen in biotische en abiotische factoren
  • Je kunt de niveaus van ecologie beschrijven.
  • Je kunt aangeven hoe de grootte van een populatie wordt beïnvloed door biotische en abiotische factoren
Klaar?  Vraag om een nakijkblad. 
timer
5:00

Slide 17 - Diapositive