Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Past simple 2, negations and questions
M2 Past simple negotions and questions
Leerdoelen
Aan het einde van deze les weet jij:
hoe je een ontkennende zin in de verleden tijd maakt.
hoe je een vraagzin in de verleden tijd maakt.
1 / 32
suivant
Slide 1:
Diapositive
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
32 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
M2 Past simple negotions and questions
Leerdoelen
Aan het einde van deze les weet jij:
hoe je een ontkennende zin in de verleden tijd maakt.
hoe je een vraagzin in de verleden tijd maakt.
Slide 1 - Diapositive
What do you remember about the previous lesson?
past simple - affirmative sentences
Slide 2 - Diapositive
Wat is de past simple als je dat in het Nederlands uit zou leggen?
(welke tijd?)
Slide 3 - Question ouverte
Wat zet je achter het regelmatige/zwakke werkwoord om een zin in de verleden tijd te zetten?
Slide 4 - Question ouverte
Past Simple:
Wat zijn de signaalwoorden van de Past Simple?
A
tomorrow, next week, in 2025,
B
last month, yesterday, a month ago, in 2012
C
today, now,
D
again, always, constantly
Slide 5 - Quiz
How do you spell 'carry' in the past simple?
A
carrys
B
carries
C
carryed
D
carried
Slide 6 - Quiz
How do you spell 'type' in the past simple?
A
typed
B
typped
C
typied
D
types
Slide 7 - Quiz
How do you spell 'play' in the past simple?
A
playd
B
played
C
plaied
D
playes
Slide 8 - Quiz
Next questions
Put this sentence in the past simple.
Tip:
pak je aantekeningen blad erbij!!
We walk to school. / We walked to school.
Let op hoofdletter and punt!
Slide 9 - Diapositive
Put this sentence in the past simple:
I laugh a lot.
timer
0:45
Slide 10 - Question ouverte
Put this sentence in the past simple:
He waits twenty minutes for the bus.
timer
0:45
Slide 11 - Question ouverte
Past simple - ontkenningen en vragen
gewone zin: Ik liep naar huis.
ontkennende zin: Ik liep
niet
naar huis.
vraagzin: Liep ik naar huis?
Slide 12 - Diapositive
Past simple - ontkenningen en vragen
gewone zin: I
walked
home.
ontkennende zin: I
didn't walk
home.
vraagzin:
Did
I
walk
home?
Slide 13 - Diapositive
Past simple - ontkenning
Je maakt een zin in de verleden tijd ontkennend door
did not / didn't
toe te voegen.
Na didn't volgt het hele werkwoord (dus zonder -ed achter het ww)
I didn't walk home.
Sarah didn't do her homework.
Slide 14 - Diapositive
Past simple - ontkenningen
Bij het werkwoord to be=zijn voeg je alleen
not/n't
toe ->
I wasn't home.
They were not listening.
Slide 15 - Diapositive
Hoe maak je de past simple ontkennend?
A
ww+ed
B
did not + hele ww
C
hele ww
D
did not + ww+ed
Slide 16 - Quiz
Hoe maak je deze zin ontkennend?
The car stopped.
A
The car doesn't stop.
B
The car doesn't stopped.
C
The card didn't stop.
D
The car didn't stopped.
Slide 17 - Quiz
Hoe maak je deze zin ontkennend?
They were on holiday.
A
They wasn't on holiday.
B
They weren't on holiday.
C
They didn't be on holiday.
D
They not were on holiday.
Slide 18 - Quiz
Hoe maak je deze zin ontkennend?
The boys played football.
Slide 19 - Question ouverte
Hoe maak je deze zin ontkennend?
I was at the beach.
Slide 20 - Question ouverte
Ik snap hoe ik een ontkennende zin kan maken in de past simple.
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 21 - Sondage
Past simple - vragen
Om een vraag te maken voeg je
did
toe aan de zin.
Na
did
volgt het
onderwerp + hele werkwoord
(stam) zonder -ed.
Did you hear the bell?
Did they eat cookies?
Vraagwoorden (what, when, how enz) komen aan het begin.
What did you eat?
How did you know?
Slide 22 - Diapositive
Past simple - vragen
Bij vraagzinnen met
was
of
were
hoef je geen 'did' toe te voegen.
Were you hungry?
Was he at home?
Slide 23 - Diapositive
Hoe maak je een vraag in de past simple?
A
Did onderwerp + hele werkwoord+ed
B
Werkwoord + onderwerp
C
Did + werkwoord+ed
D
Did+onderwerp+hele werkwoord
Slide 24 - Quiz
Wat is de juiste past simple vraag?
A
Did you eat eggs for breakfast yesterday?
B
Do you always eat breakfast in the morning?
C
Have you eaten breakfast yet?
D
Has she seen the movie?
Slide 25 - Quiz
Wat is de juiste past simple vraag?
A
Did he stopped at the Mc Donald's yesterday?
B
Has he stopped at the McDonald's yesterday?
C
Did he stop at the McDonald's yesterday?
D
Stopped he at the McDonald's yesterday?
Slide 26 - Quiz
Maak er een vraagzin van:
He worked at home.
Slide 27 - Question ouverte
Maak er een vraagzin van:
Tom was happy.
Slide 28 - Question ouverte
Ik weet hoe ik een vraagzin moet maken in de past simple.
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 29 - Sondage
Oefenen
In de volgende twee dia's zitten linken naar online oefeningen.
Maak deze en controleer je antwoorden.
Heb je fouten? Kijk of jij dan kunt ontdekken wat er fout is.
Klaar? Ga dan verder met het werkblad = huiswerk
Slide 30 - Diapositive
www.englisch-hilfen.de
Slide 31 - Lien
www.englisch-hilfen.de
Slide 32 - Lien
Plus de leçons comme celle-ci
Past Simple Questions & Negations
Juin 2022
- Leçon avec
28 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
Past simple (Q/N)
Octobre 2021
- Leçon avec
22 diapositives
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Past Simple
Juin 2022
- Leçon avec
30 diapositives
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Past Simple vs. Present Perfect
Juin 2022
- Leçon avec
38 diapositives
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Past Simple quiz
Juin 2019
- Leçon avec
21 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
2C past simple
Novembre 2023
- Leçon avec
26 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
(WEEK 19) Past Simple
Mai 2021
- Leçon avec
22 diapositives
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
(WEEK24, 09/11-06) Past Simple
Juin 2020
- Leçon avec
18 diapositives
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2