T1D | Grammatik K5

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Guten Tag, liebe Schüler(Innen)!

Planung

Heute: bezittelijk voornaamwoord 

Morgen: 'Kamera-Quiz' 

Freitag: Deadline 'Projekt Essen' 

Wie war es wieder? 

ein/eine = ... 

kein/keine = ... 

mannelijk

vrouwelijk

onzijdig

der

die

das

ein 

eine

ein

Heute: das Possesivpronomen

Possesiv = 'bezittelijk' 

Pronomen = 'voornaamwoord' 

Bezittelijke voornaamwoorden in het Nederlands?

Das Possesivpronomen

Welche Possesivpronomen gibt es auf Deutsch? 

 Mache Aufgabe 21, auf Seite 152. 

Fertig? Lade ein Foto hoch.

Mache Aufgabe 21, auf Seite 152.
Fertig? Lade ein Foto hoch.

Das ist mein Vater.

Ist das dein Tee?

Het is 'der Tee' of 'der Vater', dus dein- krijgt geen uitgang.

Let op: Ist das euer Vater?

Das ist meine Mutter.

Nein, das ist meine Cola!

Het is 'die Mutter' en 'die Cola', dus deine krijgt een e.

Let op: Ist das eure Mutter?

Stappenplan

1. Bepaal de Duitse vertaling van het persoonlijk voornaamwoord
2. Bekijk of het zelfstandig naamwoord ('Vater', 'Cola') mannelijk, vrouwelijk of onzijdig is. 
3. Voeg eventueel een uitgang toe. 

mijn

jouw, je

zijn

haar

ons, onze

jullie

hun

uw

Ihr-

ihr-

euer-

unser-

ihr-

sein-

dein-

mein-

Stappenplan

1. Bepaal de Duitse vertaling van het persoonlijk voornaamwoord
2. Bekijk of het zelfstandig naamwoord ('Vater', 'Cola') mannelijk, vrouwelijk of onzijdig is. 
3. Voeg eventueel een uitgang toe. 

(mijn) Suppe war leider nicht heiß genug.

1. dein
2. deine
3. meine
4. mein

(hun) Pommes sind die besten der Stadt.

1. ihr
2. ihre
3. euer
4. eure

(zijn) Nachtisch hat ihm sehr gut geschmeckt.

1. seine
2. sein
3. ihre
4. ihr

Jochen und Alex, bringt bitte (jullie) Gläser in die Küche.

1. ihr
2. ihre
3. euer
4. eure

Wir bestellen hier immer (ons) Lieblingsessen: Nudeln

1. uns
2. unser
3. unsere
4. unse

Essen Sie doch, Frau Schulze, sonst wird (uw) Fleisch kalt.

1. Ihr
2. Ihre
3. ihr
4. ihre

Vragen?

Waarom moet je dus weten of een woord der/die/das is, wanneer je het bezittelijk voornaamwoord in het Duits wilt schrijven?

Huiswerk morgen: voorbereiden 'Kamera-Quiz': 

• haben/sein 
  
• werkwoord vervoegen ('feesttenten') 
• voltooid deelwoord
• der/die/das 
• (k)ein/(k)eine 
• persoonlijk voornaamwoord
• bezittelijk voornaamwoord
• woordjes K5