1.1 De industriële revolutie

Waar denk je aan als je denkt aan Industrialisatie?
1 / 11
suivant
Slide 1: Carte mentale
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Waar denk je aan als je denkt aan Industrialisatie?

Slide 1 - Carte mentale

Leerdoelen
  • Je kunt vijf gevolgen noemen van de industrialisatie op economisch gebied.
  • Je kunt drie oorzaken van de industrialisatie van Groot-Brittannië noemen en beschrijven hoe en wanneer de industrialisatie van Nederland begon.
  • Je kunt vier gevolgen van de industriële revolutie noemen die niet economisch zijn.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Van handwerk naar machines
  • Voor de 18e eeuw was er huisnijverheid: boeren kregen grondstoffen van handelaren en verwerkten deze thuis tot producten. De handelaar verkocht deze producten vervolgens weer in dorpen en steden. 
  •  In de 18e eeuw ontstonden grote werkplaatsen waar met machines producten gemaakt worden. In fabrieken werd goedkoper geproduceerd dan in de huisnijverheid (industrialisatie).

Slide 4 - Diapositive

Wat was een gevolg van de industrialisatie voor de huisnijverheid denk je?

Slide 5 - Question ouverte

Begrippen
  • Huisnijverheid : mensen verwerken thuis grondstoffen tot producten om wat bij te verdienen. Nijverheid is het handmatig maken van producten met gereedschappen in een werkplaats thuis.
  • Fabriek: grote werkplaats waar met machines producten gemaakt worden.
  • Industrialisatie: de opkomst van productie in fabrieken.
  • Arbeiders: iemand die werk doet in een fabriek.
  • Industriële revolutie: de grote veranderingen in de economie en de samenleving door de komst van fabrieken en machines.
  • Moderne tijd: de periode na 1800.
  • Kapitalisme: economisch systeem waarbij er zo min mogelijk regels zijn in de economie, zodat ondernemers zoveel mogelijk winst kunnen maken met het produceren van goederen.
  • Verstedelijking: het verschijnsel dat een steeds groter deel van de bevolking in de stad woont.

Slide 6 - Diapositive

Oorzaken van de industrialisatie in GB
Rond 1750 industrialiseerde Groot-Brittannië (Engeland) door:
1.  Bevolkingsgroei (meer voedsel en betere hygiëne)
2. Meer vraag naar kleding en producten (door de bevolkingsgroei)
3.  Aanwezigheid van grondstoffen (steenkool, ijzererts uit de bodem en katoen uit de kolonies)

Slide 7 - Diapositive

Oorzaken en gevolgen van de industrialisatie in NL
Nederland industrialiseerde pas honderd jaar later dan Engeland. Dit gebeurde als eerste in Twente door:
1. in Twente was al huisnijverheid
2. veel mensen in Twente wilden voor een laag loon in de fabrieken werken
Gevolgen:
1. Nieuwe kanalen en spoorwegen werden aangelegd (vervoer grondstoffen en producten).
2. Steenkoolmijnen in Limburg rond 1900


Slide 8 - Diapositive

Economische gevolgen van de industrialisatie
  • De mijnbouw en metaalindustrie werden heel belangrijk (waarom?)
  • Huisnijverheid en kleine werkplaatsen van ambachtslieden verdwenen
  • Boeren trokken naar de stad om in loondienst te werken
  •  veel producten werden goedkoper (hoe kon dit?)
  • Het bezit van geld werd belangrijker (waarom?)
  • Het kapitalisme ontstond (wat is dat?)

Slide 9 - Diapositive

Andere gevolgen van de industrialisatie
  • Verstedelijking: veel mensen trokken van het platteland naar de stad waardoor steden groeiden
  •  Er ontstond een nieuwe groep mensen in de samenleving: de arbeiders in fabrieken
  • Het landschap veranderde door de aanleg van spoorwegen en kanalen
  • Vervuiling van het milieu

Slide 10 - Diapositive

HUISWERK
  • Maak in MEMO digitaal op je laptop de opdrachten van paragraaf 1.1
  • Zorg dat je je klascode hebt ingevoerd! (via mail gekregen)

Slide 11 - Diapositive