Par. 4: Neerslag

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo g, t
• Leerjaar 1

Neerslag

Wat leer je?

- Je weet aan het einde van de les hoe neerslag ontstaat

- Je weet hoe stijgingsneerslag ontstaat

- Je weet hoe stuwingsneerslag ontstaat 

Waar denk je aan bij 'neerslag?'

Verdamping en condensatie

* Wolken -> ijskristallen en waterdruppels

* Verdamping: vloeistof verandert in een gas

* Condensatie: gas verandert in een vloeistof

Wat is condensatie?

1. Verdamping
2. vloeistof verandert in ijs
3. vloeistof verandert in gas
4. gas verandert in vloeistof

Wolken bestaan uit ijskristallen en waterdruppels

1. waar
2. niet waar

Wolken

* Zon verwarmt oceanen, zeeën en rivieren

* Water verdampt

* Warme lucht met waterdamp stijgt op

* Warme lucht komt in steeds koudere lucht terecht

* Waterdamp verandert in waterdruppels of ijskristallen

* Uit de wolk valt neerslag

      - regen

      - sneeuw

      - hagel 

Noem twee vormen van neerslag.

Leg kort uit hoe een wolk ontstaat.

Stijgingsneerslag

* Vooral rond de evenaar

* Aarde wordt sterk verwarmd

* Veel water verdampt

* Lucht kan heel ver opstijgen

* Hoge wolken met veel water

* Zware (onweers)buien

In welk gebied komt vaak stijgingsneerslag voor?

1. Rond de polen
2. Rond de evenaar
3. Rond gematigde breedten
4. Rond gebergtes

Stuwingsneerslag

* Lucht wordt tegen een berghelling opgeduwd

* Wolken ontstaan

* Hoe hoger de berg, hoe groter de kans op neerslag

* Loefzijde 

    - natte kant, stijgende lucht

    - aanlandige wind: kant die aan zee ligt       

* Lijzijde

    - droge kant, dalende lucht

    - wolken zijn opgelost

Leg het verschil uit tussen de loefzijde en de lijzijde. Noem hierbij een kenmerk van beide zijdes.

Frontale neerslag

* Als er twee luchtmassa’s botsen, moet er één omhoog. 

* Koude lucht is zwaarder dan warme lucht. 

* De warme lucht wordt daarom omhooggeduwd. 

* Zij koelt hierdoor af en condenseert. 

* warmtefront 

Koufront 

Zelfstandig werken

* Maak 2.4 online (Som, studiemateriaal, AK boek ''de wereld van deel 1'')

Klaar?

* Maak de Test Jezelf & Flitskaarten van 2.4

* Maak 2.5 online (lees eerst goed de leerstoftekst)