PW k

How are you? It is a perfect day, isn't it?​
What date is it today?
Today is the ......th of December.
What day is it today?
Today is Monday, isn't it? 
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

How are you? It is a perfect day, isn't it?​
What date is it today?
Today is the ......th of December.
What day is it today?
Today is Monday, isn't it? 

Slide 1 - Diapositive

Regels-The rules
- Te laat = Te laat
- Geen mobiel tijdens de les!
- iPad blijft dicht!​
( Geen jas in de klas!​ )
- Niet eten en drinken tijdens de les!​
- Geen wc-bezoek tijdens de les (medische uitzonderingen daargelaten)!​
- Als de docent praat, is de klas stil!​

Slide 2 - Diapositive

Oefeningen-PW Unit 2 :
 CB +LessonUp 
CB
p 87   2.1 Vergelijken:comparisons 
p.87   2.2 Veel: much / many
p.88  2.3 verleden tijd: Past Simple (uitleg)
p.89  2.4 verleden tijd: Past Continuous (uitleg)
p.90  Vocabulary Lesson 1,2,3,4
p.92, 92   Phrases Lesson 2,4

Slide 3 - Diapositive

much & many

Slide 4 - Diapositive

Let op!
many people
many children

Slide 5 - Diapositive

1. ga naar 9. much/many -choose
1

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Lien

vergelijken

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Lien

Past simple 
Vorm:

1. Werkwoord + -ed
2. Onregelmatig werkwoord (2e uit het rijtje)

Iets is in het verleden gebeurd en is nu afgelopen
Columbus discovered America in 1492.

Slide 10 - Diapositive

 (to work),   (to have)
(+) I worked hard.    I had a company.
(-) I didn't work hard.   I didn't have a company.
(?) Did I work hard?  Did I have a company?

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Lien

1.ga naar Questions: irregular verbs
2. ga naar 6.Questions in the simple past 1
1
2

Slide 13 - Diapositive

1. ga naar Negative: irregular verbs
2.  ga naar  next page
3. ga naar  13.Past simple - negative forms
1
2

Slide 14 - Diapositive

Past continuous
Vorm:

(+)   was/were + ww +ing
(She was talking)
(?) Was/Were  .....ww+ ing (Was she talking?)
(-) wasn't were not ww+ing ( She wasn't talking.)

Gebruik:
Iets was in het veleden een tijdje aan de gang en is nu afgelopen

Slide 15 - Diapositive

Hoe ziet het eruit?
was / were + hele werkwoord + ing

(+) was/were + ww +ing
(She was talking)
(?) Was/Were .....ww+ ing (Was she talking?)
(-) wasn't were not ww+ing ( She wasn't talking.)

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Lien

Slide 18 - Lien

Vocabulary / Phrases  Unit 2 
  CB  Vocabulary  p.90
CB  Phrases     p.91,92
Self-test (ipad)

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive