Bespreking eindtoets Havo

Bespreking
vragen 1 t/m 5
6 en 7 doen we maandag
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 25 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Bespreking
vragen 1 t/m 5
6 en 7 doen we maandag

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

2. 
a)    …P4 + …O2 --> …P2O5
b)    …C4H10 + …O2 --> …CO2 + …H¬2¬O 
c)    …Cu + …HNO3 --> …CuN2O6 + …H2O + …NO2
d)    …N2H8Cr2O7 --> …Cr2O3 + …N2 + …H2O

Slide 3 - Diapositive

2. 
a) …P4 + 5 O2 --> 2 P2O5
b) 2 C4H10 + 13 O2 --> 8 CO2 + 10 H2O
c) Cu + 4 HNO3 --> CuN2O6 + 2 H2O + 2 NO2
d) N2H8Cr2O7 --> Cr2O3 + N2 + 4 H2O

Slide 4 - Diapositive

3.
Hieronder staan 3 stellingen die onjuist zijn. Leg bij elke stelling uit wat fout is en schrijf op wat wel correct is.
a. Als waterstof en zuurstof met elkaar reageren vindt er een sterke ontledingsreactie plaats waarbij water ontstaat.
b. IJzer heeft een hogere dichtheid dan water en blijft dus drijven als je het in water gooit.
c. Een verbrandingsreactie is een mooi voorbeeld van een endotherme reactie.

Slide 5 - Diapositive

3.
a. Als waterstof en zuurstof met elkaar reageren vindt er een sterke ontledingsreactie plaats waarbij water ontstaat.


Slide 6 - Diapositive

3.
Fout
a. Als waterstof en zuurstof met elkaar reageren vindt er een sterke ontledingsreactie plaats waarbij water ontstaat.

Correct
a. Als waterstof en zuurstof met elkaar reageren vindt er een sterke verbrandingsreactie plaats waarbij water ontstaat.

Slide 7 - Diapositive

3.
b. IJzer heeft een hogere dichtheid dan water en blijft dus drijven als je het in water gooit.

Slide 8 - Diapositive

3.
Fout
b. IJzer heeft een hogere dichtheid dan water en blijft dus drijven als je het in water gooit.

Correct
b. IJzer heeft een hogere dichtheid dan water en zinkt dus als je het in water gooit.

Slide 9 - Diapositive

3.
c. Een verbrandingsreactie is een mooi voorbeeld van een endotherme reactie.

Slide 10 - Diapositive

3.
Fout
c. Een verbrandingsreactie is een mooi voorbeeld van een endotherme reactie.

Correct
c. Een verbrandingsreactie is een mooi voorbeeld van een exotherme reactie.

Slide 11 - Diapositive

4.
Kwik is een giftig metaal wat vroeger gebruikt werd in thermometers, tandenvullingen, mijnbouw en nog vele andere dingen. Tegenwoordig wordt het vanwege de volksgezondheid niet meer gebruikt.
Kwik heeft de neiging om reacties aan te gaan met zuren en vormt dan extreem giftige kwikzouten. Als het in een klein beetje zure grond terecht komt kan dit al gebeuren. Het heeft ook de neiging om te verdampen op kamertemperatuur en heeft een TGG-waarde van 0,02 mg/m3.

Slide 12 - Diapositive

4.
a)    Noem 3 eigenschappen van kwik.

Slide 13 - Diapositive

4.
a)    Noem 3 eigenschappen van kwik.

volgende 4 je uit de tekst halen:
1. Giftig
2. tgg-waarde van 0,02 mg/M3
3. reageert met zuren
4. verdampt op kamertemperatuur

Slide 14 - Diapositive

4.
b)    Tijdens een les valt er een kwikthermometer stuk in het lokaal. In deze thermometer zat ongeveer 1g kwik. De kwik gaat langzaam verdampen en aan het eind van de les zal ongeveer ¼ van de kwik zijn verdampt. Is dan de TGG-waarde van kwik overschreden in het lokaal. Het lokaal heeft de afmetingen 9 x 7 x 3 m.

Slide 15 - Diapositive

4.
tgg = 0,02  mg/m3
V = 9*7*6 = 189 m3
1g = 1000 mg
1000*0,25 = 250 mg kwik in de lucht
250/189 = 1,3 mg/m3
tgg waarde is overschreden.

Slide 16 - Diapositive

4.
c)    Een van de giftige kwik zouten die kan ontstaan is kwiknitraat, (HgN2O6), wat ontstaat door een reactie met salpeterzuur, (HNO3), in de grond.
Geeft de kloppende reactievergelijking tussen kwik en salpeterzuur, er komt nog 1 andere stof bij vrij.

Slide 17 - Diapositive

4.
c)    Een van de giftige kwik zouten die kan ontstaan is kwiknitraat, (HgN2O6), wat ontstaat door een reactie met salpeterzuur, (HNO3), in de grond.
Geeft de kloppende reactievergelijking tussen kwik en salpeterzuur, er komt nog 1 andere stof bij vrij.

Kwik + salpeterzuur --> kwiknitraat + onbekende stof
Hg + HNO3 --> HgN2O6 + ???


Slide 18 - Diapositive

4.
c)    Een van de giftige kwik zouten die kan ontstaan is kwiknitraat, (HgN2O6), wat ontstaat door een reactie met salpeterzuur, (HNO3), in de grond.
Geeft de kloppende reactievergelijking tussen kwik en salpeterzuur, er komt nog 1 andere stof bij vrij.

Kwik + salpeterzuur --> kwiknitraat + onbekende stof
Hg + HNO3 --> HgN2O6 + ???
Hg + 2 HNO3 --> HgN2O6 + H2

Slide 19 - Diapositive

4.
d)    Na het ongeluk met de thermometer blijkt dat er de grond buiten het lokaal vergiftigd is met kwik. Er wordt 250 mg kwiknitraat (HgN2O6) in aangetroffen.
Bereken hoeveel gram van de gemorste kwik in de grond is beland.

Hg + 2 HNO3 --> HgN2O6 + H2

Slide 20 - Diapositive

4.
d)    Na het ongeluk met de thermometer blijkt dat er de grond buiten het lokaal vergiftigd is met kwik. Er wordt 250 mg kwiknitraat (HgN2O6) in aangetroffen.
Bereken hoeveel gram van de gemorste kwik in de grond is beland.

Hg + 2 HNO3 --> HgN2O6 + H2
???                              250 mg
200,6 u                     324,6 u 

200,6*250/324,6 = 154,5 mg

Slide 21 - Diapositive

5.
Er is door een Japans bedrijf een verf ontwikkeld die ijsvorming op vliegtuigvleugels moet voorkomen. Het ijsvrij houden van vliegtuigvleugels is van belang, omdat ijsvorming het vleugelprofiel kan veranderen.

a. Onder welke omstandigheden ontstaat er ijs tijdens het vliegen?

Slide 22 - Diapositive

5.
Er is door een Japans bedrijf een verf ontwikkeld die ijsvorming op vliegtuigvleugels moet voorkomen. Het ijsvrij houden van vliegtuigvleugels is van belang, omdat ijsvorming het vleugelprofiel kan veranderen.

a. Onder welke omstandigheden ontstaat er ijs tijdens het vliegen?
Doordat een vliegtuig door hele koude lucht met daarin veel water vliegt.

Slide 23 - Diapositive

5.
Er is door een Japans bedrijf een verf ontwikkeld die ijsvorming op vliegtuigvleugels moet voorkomen. Het ijsvrij houden van vliegtuigvleugels is van belang, omdat ijsvorming het vleugelprofiel kan veranderen.

b. Noem drie materiaaleigenschappen die de nieuw ontwikkelde verf moet hebben.

Slide 24 - Diapositive

5.
b. Noem drie materiaaleigenschappen die de nieuw ontwikkelde verf moet hebben.

Waterafstotend
Aerodynamisch
lage dichtheid
Kan tegen lage temperaturen

Slide 25 - Diapositive