HA - week 14 - Lezen H5

Welkom!
Nederlands
Mevrouw Takken, TNL
tnl@jfc.nl
Ma, Di, wo, vrij

Let op: 
Doe mee met LessonUp
Zorg dat je de planning in de gaten houdt.
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom!
Nederlands
Mevrouw Takken, TNL
tnl@jfc.nl
Ma, Di, wo, vrij

Let op: 
Doe mee met LessonUp
Zorg dat je de planning in de gaten houdt.

Slide 1 - Diapositive

- Welkom terug
- Presentatie
- Lezen H5 - doel van een tekst
- Aan het werk
- Nieuwsquiz



Doel:
- Je kunt bij elke tekst het (hoofd)doel aangeven
- Je herkent en benoemd verschillende tektverbanden in een tekst. 


Wat gaan we doen vandaag:

Slide 2 - Diapositive

Presenteren

Slide 3 - Diapositive

Lezen H4: signaalwoorden en tekstverbanden
Lezen H5: Doel van een tekst
Lezen

Slide 4 - Diapositive

- Puur voor informatie: Informeren
- Om iemand te vermaken: amuseren
- om je mening te geven in de hoop dat de lezer deze mening overneemt:  overtuigen
- Om ervoor te zorgen dat de lezer in actie komt: activeren
Waarom schrijft een schrijver een tekst?

Slide 5 - Diapositive

Waarom schrijft een schrijver een tekst?

Slide 6 - Diapositive

Welk tekstdoel hoort er bij:
gebruiksaanwijzing
A
amuseren
B
informeren
C
overtuigen
D
activeren

Slide 7 - Quiz

Welk doel heeft de schrijver bij het schrijven van een roman?

Slide 8 - Question ouverte

Welk doel heeft de schrijver bij het schrijven van een gebruiksaanwijzing?

Slide 9 - Question ouverte

Welk doel heeft de schrijver bij het schrijven van een advertentie?

Slide 10 - Question ouverte

Welk doel heeft de schrijver bij het schrijven van een recensie?

Slide 11 - Question ouverte

Noem zelf eens een soort tekst met als tekstdoel amuseren

Slide 12 - Question ouverte

Waarom is het van belang om bij een tekst te bepalen welk doel de schrijver waarschijnlijk heeft?

Slide 13 - Question ouverte

  • Je let op opvallende dingen in de tekst;
  • Je bepaalt waar de tekst over zal gaan;
  • Je bedenkt wat het doel van de schrijver
    zal zijn. 

Wat doe je als eerste als je een tekst gaat lezen?

Slide 14 - Diapositive

Wat:  
Hoofdstuk 4 - Lezen : opdracht 1, 2 en 8B
Hoofdstuk 5 -  Lezen: opdacht 1 en 2
Wanneer: Deze les!!  (op school)




Aan de slag

Slide 15 - Diapositive