Rekenen les 12, omtrek

• Rekenen
• Basisschool
• Groep 6

Blok 6 les 12

Doel: 

Je leert de omtrek van een figuur bepalen. 

Voordat we beginnen met het doel van deze les, maak je eerst de startoefening. 

Deze oefening gaat over wat je al geleerd hebt. 

Maak nu de startoefening! 

Juf Sarah heeft een liedje over de omtrek gemaakt. 

Kijk maar eens naar de volgende video! Luister vooral goed wat ze rapt! 

In de volgende video leer je hoe je de omtrek van een object kunt uitrekenen. De omtrek is de afstand die je legt als je helemaal rondom een object heen gaat. Dat kun je uitrekenen door de maten van alle randen die het object heeft, bij elkaar op te tellen.

https:

Op de volgende slide zie je de tip over hoe je de omtrek uitrekent. Deze tip kun je ook in Bingel bekijken. Dus als je de sommen lastig vindt, kun je altijd terugkijken. 

https:

Tip:

Wat is een handige manier om de omtrek van een rechthoek uit te rekenen? 

2
keer de lengte 

+ 

2 keer de breedte

https:

Let op dat je wel met dezelfde maten rekent!! 

Je kunt meters niet bij centimeters optellen. Maak dan overal cm van!! 

1 m = 100 cm 

Wat is de omtrek van de tafel?

Stel: Je plaatst een hek om de tuin. Hebben we hier te maken met de omtrek of oppervlakte?

1. Omtrek
2. Oppervlakte

Wat is de omtrek
van dit figuur?

1. 14 cm
2. 20 cm
3. 12 cm
4. 29 cm

Wat is de
omtrek
van dit figuur?

1. 20 cm
2. 15 cm
3. 25 cm
4. 18 cm

Omtrek schrijf je in

1. meter (m)
2. kilo (kg)
3. vierkante meter (m2)
4. liter (l)

Hoeveel cm touw heb je nodig voor de omtrek?

1. 14 cm
2. 8 cm
3. 22 cm
4. 2,2 cm

Werk nu 10 minuten aan de basistaak 12.

Daarna werk je 25 minuten aan je eigen taken. 

Wat heb je geleerd van deze les?

Ik snap hoe ik de omtrek bereken.

1. Ik vind het moeilijk
2. Ik snap het
3. Ik heb nog hulp nodig