4.2 Organismen ordenen

Planning
Huiswerk bespreken
Uitleg
Opdracht
Opdracht bespreken
Zelfstandig werken
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Planning
Huiswerk bespreken
Uitleg
Opdracht
Opdracht bespreken
Zelfstandig werken

Slide 1 - Diapositive

4.2 Organismen ordenen 

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt organismen indelen door te kijken naar gemeenschappelijke kenmerken
  • Je kunt de kenmerken noemen van de cellen van bacteriën, schimmels, planten en dieren

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Opdracht indeling in groepen
1. In elk hokje teken je een cel die hoort bij het rijk.
2. Benoem de celonderdelen (bijvoorbeeld: celwand, celkern).
3. Kleur de onderdelen:
  • Gebruik dezelfde kleur voor onderdelen die in meerdere cellen voorkomen.
  • Gebruik een andere kleur voor unieke onderdelen.
4. Schrijf onder elk hokje of organismen in dat rijk eencellig, meercellig, of beide kunnen zijn.
timer
20:00

Slide 5 - Diapositive

Alleen celwand
Celkern en celwand
Celkern, celwand en bladgroenkorrels
Alleen celkern

Slide 6 - Diapositive

zonder celkern - prokaryoten
met celkern - eukaryoten

Slide 7 - Diapositive

Indeling
Indeling
van de hoofdgroepen

Slide 8 - Diapositive

zelf aan de slag
4.2 Organismen ordenen: lees de tekst en maak de opdrachten:
                                        Opdracht 1, 2, 4 en 6 maken


timer
10:00

Slide 9 - Diapositive

Wat voor cel is het?
Je kijkt door een microscoop en ziet:
Bladgroenkorrels

Slide 10 - Diapositive

Wat voor cel is het?
Je kijkt door een microscoop en ziet:
Geen celkern

Slide 11 - Diapositive

Wat voor cel is het?
Je kijkt door een microscoop en ziet:
Geen celwand

Slide 12 - Diapositive

Prokaryoten
  • Geen celkern 
  • Altijd eencellig
  • Bacteriën
Eukaryoten
  • Wel een celkern
  • Eencellig of meercellig
  • Schimmels, planten en dieren

Slide 13 - Diapositive

Onderscheiden
Onderscheiden van soort organisme doen we op basis van de volgende kenmerken
  1. Aantal cellen
  2. Aanwezigheid van celkernen
  3. Aanwezigheid van celwanden
  4. Aanwezigheid van bladgroenkorrels
  5. Relatieve grootte

Slide 14 - Diapositive

Aantal cellen
Eencellig
  • Bacteriën (prokaryoot)
  • Eencellige eukaryoten: gisten, algen en pantoffeldiertje

Meercellig:
  • Niet alle cellen zien er hetzelfde uit --> verschillen in vorm en functie, dus weefsels en organen

Slide 15 - Diapositive

Aanwezigheid van bladgroenkorrels

  • Ja? --> Plant
  • Nee? --> Bacteriën, schimmels of dieren

Slide 16 - Diapositive

4.2. Organismen ordenen
Je kunt organismen indelen door te kijken naar gemeenschappelijke kenmerken
  • Je deelt ze in in 2 hoofdgroepen:



Prokaryoten: ééncellig.
Eukaryoten: 1- óf meercellig
Met celkern
Zonder celkern 
Eukaryoten
Prokaryoten
De 4 Rijken:
Bacteriën, Schimmels, Planten, Dieren

Slide 17 - Diapositive