Wondzorg

Wondzorg
Verpleegtechnisch
handelen

Risicovolle handeling
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Wondzorg
Verpleegtechnisch
handelen

Risicovolle handeling

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wondzorg
Wonden
- Elke wond heeft zijn eigen kenmerken.
Risicovolle handeling
Deze verpleegtechnische handeling brengt risico's met zicht mee. Dat wil zeggen dat handelen bij onbekwaamheid & onzorgvuldig handelen vrijwel zeker tot gezondheidsschade zullen leiden.
En wat als jij kennis hebt van wonden?
- Je kunt dan wonden herkennen!
- Je kunt je zorg afstemmen!
- je kunt tijdig signaleren of een wond een complexe, vertraagde of verstoorde genezing heeft.
- Je weet hoe je moet bijdragen aan wondgenezing.
- Je weet hoe je moet handeling bij complicaties!
- Dan verbeterd de kwaliteit van leven van de zorgvrager.
- Zorgkosten worden verminderd!

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Indeling van wonden
Wat is eigenlijk een wond / verschillende definities.
Een wond is een verbreking van de continuïteit van het weefsel.
(bron: WCS Kenniscentrum Wondzorg)

Een wond is de verbreking van de normale weefselstructuur, inwendig en/of uitwendig.
(bron: Moduleboek wonden/verbanden SRVB, 1995)
  •     Mechanisch scherp geweld.
  •     Mechanisch stomp geweld
  •    Niet-vaste voorwerpen

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mechanisch scherp geweld
Mechanisch stomp geweld
Niet-vaste voorwerpen
Snijwond
Wespensteek
Schotwond
Fractuur
Luxatie
orgaanruptuur
Elektrisch letsel
Thermisch letsel
Chemische wond

Slide 4 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wondgenezing
Het lichaam wil van nature de wond sluiten

Een wond geneest in drie fasen:

  1. reactiefase
  2. regeneratiefase
  3. rijpingsfase




Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reactiefase

Uitbreiding van verwonding voorkomen
(hemostase = bloedstolling)

Ontstekingsverschijnselen in de wondomgeving.

Bloedstelping in beeld

Ontstekingsreactie.
- roodheid
- warmte
- Pijn 
- Zwelling 

Deze ontstekingsreactie reinigt de wond. Dode cellen en ziektekiemen worden opgeruimd voordat het genezingsproces kan beginnen!

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  1. Nieuwe bloedvaatjes groeien in de wond (granulatie) (de wond ziet er rood en korrelig uit).
  2. Hierdoor kunnen zuurstof en voedingsstoffen worden           aangevoerd die zorgen voor verdere wondgenezing.
  3. De wondranden trekken  naar elkaar toe.
  4. De wond zal uiteindelijk sluiten (regeneratie van epitheel)

Er zijn dus: nieuwe bloedvaatjes & een dun laagje huid gevormd.
Regeneratiefase
Verloren lederhuid wordt vervangen door nieuw weefsel en de wond wordt gesloten. 
proliferatiefase

Slide 7 - Diapositive

Epitheel of dekweefsel [1] is weefsel dat bij mensen en dieren de bekleding vormt van het lichaamsoppervlak, bloedvaten en de verschillende lichaamsholten. 
Rijpingsfase (maturatiefase / remodelleringsfase)
Granulatieweefsel heeft de dermis vervangen
Rijpt uit tot een dun, soepel en wit bindweefsellitteken
Eerst ontstaat een zacht litteken
vervolgens wordt het litteken rood en hard
Aan het eind van deze fase is er een wit en soepel litteken.

Slide 8 - Diapositive

De dermis, het corium of de lederhuid is een laag bindweefsel die onder het epitheel van de huid ligt. De onderste lagen van de dermis zijn rijk aan vooral collagene vezels
Typen wondgenezing
Primaire wondgenezing
Secundaire wondgenezing
Kleine wonden (de wondranden dicht bij elkaar)
Grote wonden (de wondranden ver uit elkaar)
Snelle genezing
Langzamere genezing
Lichte ontstekingsreactie, klein litteken
Grotere ontstekingsreactie, groter
litteken, meer kans op infectie
Geen wondcontractie
Wondcontractie
Typen wondgenezing

Slide 9 - Diapositive

Fases van wondgenezing
Niet alle wonden genezen even snel. Als een wond goed geneest, noemen we dat ongestoorde of primaire wondgenezing. Maar soms sluit een (chirurgische) wond niet direct. Bijvoorbeeld doordat deze wondvocht produceert, geïnfecteerd is of de huid te erg is beschadigd. Dit heet vertraagde of secundaire wondgenezing.
Complexe wond
- Wanneer een wond binnen 3 weken nog niet genezen is.
Er kan;
  • Niet viraal weefsel (necrose / fibrine) aanwezig zijn.
  • Sprake zijn van een infectie
  • Te veel of weinig wondvocht aanwezig zijn.
  • Een verstoring van de biochemische balans, of van cellulaire disfunctie.

Slide 10 - Diapositive

Fibrine is een eiwit in het bloed dat een belangrijke rol speelt bij het stollen van bloed. Het ontstaat door omzetting van het stofje fibrinogeen. Fibrinogeen wordt aangemaakt in de lever.
Complexe wond

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onderliggend lijden
De wondgenezing zal verstoord verlopen:

  • als de circulatie verstoord is en niet wordt verholpen
  • als een hoge bloeddruk niet goed wordt behandeld
  • als een zorgvrager met diabetes mellitus niet goed is ingeregeld

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Factoren die wondgenezing
beïnvloeden

Slide 13 - Carte mentale

type wond 
voedingstoestand
comorbiditeiten (andere ziektes bv vaatlijden)
psychologische toestand
leeftijd 
roken
drugs 
medicijngebruik
lich conditie
beweging
hygiene

Jullie hebben nu geleerd wat factoren zijn die van invloed kunnen zijn op de wondgenezing.
Welke maatregelen kunnen van invloed zijn op de wondgenezing?

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions





De ALTIS-methode zorgt ervoor dat klachten bij wonden steeds op dezelfde manier worden beoordeeld.




A = Aard (wat voor soort wond)
L = Lokalisatie (waar)
T = Tijd en tijdsbeloop (sinds wanneer en heeft de wond zich ontwikkeld?)
I = intensiteit (wat is de ernst --> gebruik een classificatiemodel)
S = Samenhang (is er onderliggen lijden? Zijn er zaken die het erger kunnen maken?)
ALTIS-methode

Slide 15 - Diapositive

altis methode = wondanamnese

Waar let je op bij het observeren van een wond?

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Om te observeren en structuur aan te brengen in je wondbehandeling kun je een wondclassificatiesysteem gebruiken.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wondclassificatie systeem






WCS-classificatie

TIME-model
Wondclassificatie systemen
TIME

T= Tissue (weefsel, welke kleur, viraal (geel/zwart)
I= infectie (is er een infectie?)
M = Moisture (vocht)
E = Edge (Wondranden en omgeving)



WCS-Classificatie

Kijk op WCS.nl en zoek daar op 'classificatiemodel'.

Leg dit model in eigen woorden uit 

timer
10:00

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Met behulp van de classificatie van de WCS (Woundcare Consultancy Society) kun je wonden indelen op basis van kleur.

Slide 19 - Diapositive

https://www.wcs.nl/wp-content/uploads/Classificatiemodel_2018.pdf

Rode wonden verzorgen
Aandachtspunt bij wondzorg van de rode wond:
- bescherm het tere weefsel.
- zorg voor een vochtige wond.
- Het bedekkend verband mag niet aan de wondbodem kleven!
Het doel van de wondbehandeling bij een rode wond is:
Creëren van een vochtig wondmilieu. 
Beschermen en stimuleren van de groei van granulatieweefsel en nieuwe huid.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In welke fase van wondgenezing bevind de rode wond zich?
A
Reactiefase
B
Regeneratiefase
C
Rijpingsfase

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Gele wonden verzorgen
Aandachtspunt bij wondzorg van de gele wond:
- Pus, débris en overtollig wondvocht moeten worden verwijderd.
- Het absorberend verband moet contact maken met de wondbodem zodat pus en overtollig vocht kunnen worden verwijderd.

Het doel van de wondbehandeling bij een gele wond is:
- Creëren van een vochtig wondmilieu. 
- reinigen van de wond

Slide 22 - Diapositive

 debris (geel beslag)
In welke fase van wondgenezing bevind de gele wond zich?
A
Reactiefase
B
Regeneratiefase
C
Rijpingsfase

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten gele wonden

Gele wonden kunnen worden ingedeeld in:
- diepe wonden
- oppervlakkigere wonden
- ondiepe wonden met exsudaat



Slide 24 - Diapositive

exsudaat = wondvocht 
Zwarte wonden verzorgen
Wat te doen bij een zwarte wond?

Een schone wond zonder débris is nodig om de vorming van gezond granulatieweefsel bevorderen.

- Autolyse
- Débridement (wondtoilet)

Het doel van de wondbehandeling bij een zwarte wond is:
Het verwijderen van necrose (dood weefsel)

Slide 25 - Diapositive

Debridement
Debridement is het verwijderen van necrotisch (dood) weefsel, fibrineus beslag en ander wonddebris, dat de genezing van de wond tegengaat. Een schone wond zonder debris is nodig om de vorming van gezond granulatiete bevorderen. Om een goed debridement uit te voeren zijn er verschillende niet-gezond weefsel. Hoewel de zelfreinigende werking van wonden zeer aantrekkelijk lijkt is het nadeel dat het proces traag kan werken. Daarnaast is vaak een vervelend macererend effect aanwezig op de wondranden zodat autolyse gestaakt moet worden. Een ander niet ondenkbaar gevaar is het ontstaan van levensbedreigende infecties onder het verband. technieken die gebruikt kunnen worden.
Autolytisch debridement
Bij autolytisch debridement wordt gebruik gemaakt van lichaamseigen enzymen en wondvocht. De wond wordt verbonden met een occlusief of semi-occlusief verband. De wond wordt hierdoor vochtig, zachter waardoor necrose uiteindelijk kan verweken. Hierdoor ontstaat een scheiding tussen gezond en
Wat is necrose
A
Een korst (gestold bloed) op de wond
B
Dood weefsel
C
Onstekingsvocht

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

opdracht decubitus en smetten
Deel flaps uit en verdeel de klas in 5 groepen

 

Jullie maken een voorlichtingsfolder op papier voor je collega’s over de verschillende gradaties van decubitus en smetten
  • Graad 1
  • Graad 2
  • Graad 3
  • Graad 4
  • Smetten
Vertel in deze folder in ieder geval wat de oorzaak is, hoe je het kunt voorkomen en hoe de behandeling eruit ziet.



Tip: zorg voor beter




Slide 27 - Diapositive

https://www.zorgvoorbeter.nl/thema-s/huidletsel/decubitus-behandelen

https://www.venvn.nl/media/adujx1ja/20210224-richtlijn-decubitus.pdf

 


Decubitus is een ‘plaatselijke schade aan de huid en/of onderliggend weefsel ten gevolge van druk of druk in combinatie met schuifkrachten'. 

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat de definitie van decubitus?
A
een beschadiging van de huid die ontstaat door langdurige druk
B
een beschadiging van de huid die ontstaat door schuifkracht
C
een beschadiging van de huid die ontstaat door druk- en schuifkracht
D
een niet wegdrukbare roodheid van de huid

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

niet wegdrukbare roodheid 
blaarvorming en ontvelling 
oppervlakkige decubitus 
diepe decubituswond
Graad 1
Graad 2 
Graad 3 
Graad 4 

Slide 31 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke voedingsstof is het belangrijkste bij decubitus zorg
A
Koolhydraat
B
Vezels
C
Vet
D
Proteïne (eiwit)

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Kunnen ouderen overlijden aan decubitus?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


hoe noemt men in de volksmond
decubitus
A
Gapende wond
B
Doorligplek
C
Necrotische wond
D
Ulcus cruris

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaken van decubitus zijn
A
Lang zittende houding
B
Lang liggende houding
C
Beschadigingen door sieraden,kruimels in bed
D
A, B en C zijn goed

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Neussondes kunnen decubitus veroorzaken
A
Juist
B
Onjuist

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is géén risicofactoren voor het krijgen van decubitus
A
Ondervoeding
B
Ouderdom
C
Diabetes
D
Astma

Slide 37 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Pijnstilling vergroot de kans op decubitus
A
Waar
B
Niet waar

Slide 38 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel fases heeft decubitus?
A
4
B
6
C
3
D
8

Slide 39 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions