Vraagzinnen klas 2

Vraagzinnen



1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Vraagzinnen



Slide 1 - Diapositive

Zinnen vragend maken
  • Vraagzinnen  zonderz vraagwoord
  • Vraagzinnen met t vraagwoord 

Slide 2 - Diapositive

Vraagzinnen... hoe dan?
* Er zijn 3 manieren in het Frans:

- intonatie
- inversie
- est-ce que

Slide 3 - Diapositive

3 manieren om een zin vragend te maken

zonder vraagwoord


 

  • 1 . Vraagteken achter de normale zin (vragend uitspreken :
           stem omhoog)
  • 2.  Omkering van onderwerp en persoonsvorm
  • 3. Vraagwoord +  est-ce que + gewone zin





Slide 4 - Diapositive

een vragende zin met vraagwoord


 Vraagwoord + est-ce que + onderwerp + persoonsvorm?

VOORBEELDEN:

  • Quand est-ce que tu arrives?
  • Pourquoi est-ce que tu viens?
  • Comment est-ce qu'elle s'appelle?
  • Qu'est-ce que tu vois?

== Deze manier kan altijd! ==

Slide 5 - Diapositive

Andere manieren:



O + PV  +  vraagwoord

  • vb. Tu arrives quand?

Vraagwoord + O + PV

  • vb. Pourquoi tu es en retard?

Vraagwoord + PV + O

  • vb. Où est-il?


Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Welke vraag is niet goed?
A
Ton frère est souvent malade?
B
Est-ton frère souvent malade?
C
Est-ce que ton frère est souvent malade?

Slide 8 - Quiz

Welke vraag is niet goed?
A
Comment tu t'appelles?
B
Comment est-ce que tu t'appelles?
C
Comment t'appelles-tu?
D
Comment tu appelles?

Slide 9 - Quiz

welke vraag is niet goed?
A
la boulangerie est où?
B
Est la boulangerie où?
C
Où est la boulangerie?

Slide 10 - Quiz

Poser des questions

Op welke 3 manieren maak je zinnen vragend in het Frans met vraagwoorden?

1.


2.


3.


timer
3:00

Slide 11 - Diapositive

Poser des questions

Op welke 3 manieren maak je zinnen vragend in het Frans (zonder vraagwoorden)?

1.


2.


3.


timer
3:00

Slide 12 - Diapositive