3GM Industriele Samenleving H1 deel 3
1 / 16
La durée de la leçon est: 40 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Voor de Industriële Revolutie was er veel huisnijverheid. Wat is huisnijverheid?
A
thuis schoonmaken
B
het maken van textiel in een fabriek
C
thuis spullen maken om te verkopen
D
het bewerken van grondstoffen in een fabriek
Slide 2 - Quiz
Zet de begrippen bij de juiste periode (vóór de industriële revolutie of industriële revolutie)?
Industriële revolutie
vóór de industriële revolutie
fabrieken
huisnijverheid
landbouw
stoommachine
slechte werkomstandigheden
stad
platteland
Slide 3 - Question de remorquage
Voor de revolutie
Tijdens/Na de revolutie
Spierkracht
Langzaam
Fabriek
Stoommachines
Goedkope producten
Snel produceren
Werkplaats
Slide 4 - Question de remorquage
De Schietspoel, de Spinning Jenny en het Waterframe waren:
A
Nieuwe landbouwmachines.
B
Namen van fabrieken.
C
Uitvindingen voor het sneller weven en spinnen.
D
Namen van kledingstukken.
Slide 5 - Quiz
De uitvinder die hoort bij het waterframe is:
A
John Kay
B
James Hargreaves
C
Richard Arkwright
D
James Watt
Slide 6 - Quiz
Twee beweringen:
1. Door de uitvinding van het waterframe voor het weven ontstonden de eerste fabrieken.
2. Het waterframe gebruikte waterkracht als aandrijving
1. Door de uitvinding van het waterframe voor het weven ontstonden de eerste fabrieken.
2. Het waterframe gebruikte waterkracht als aandrijving
A
Beide beweringen zijn goed
B
Beide beweringen zijn fout
C
Bewering 1 is goed, bewering 2 is fout
D
Bewering 1 is fout, bewering 2 is goed
Slide 7 - Quiz
Welk gevolg voor de huisnijverheid had het waterframe?
A
De machines hadden veel water nodig.
B
Het waterframe was te groot en te duur om in de boerderij te passen en daardoor verdween de huisnijverheid.
C
De huisnijverheid verdween pas door de komst van de stoommachine.
D
Het waterframe zorgde voor extra inkomsten omdat de boeren nu niet meer zelf hoefden te spinnen.
