K3D les 15-9-2022 Future+ReadingHW

Startklaar
Ik heb mijn boeken en laptop bij mij en op tafel
Ik heb mijn tas op de grond
Ik heb mijn jas uit en over de stoel
Ik heb geen oortjes/koptelefoon in
Ik heb mijn telefoon in mijn jas/tas/broekzak
Ik eet en drink niet in de klas


1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Startklaar
Ik heb mijn boeken en laptop bij mij en op tafel
Ik heb mijn tas op de grond
Ik heb mijn jas uit en over de stoel
Ik heb geen oortjes/koptelefoon in
Ik heb mijn telefoon in mijn jas/tas/broekzak
Ik eet en drink niet in de klas


Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
Ik ken vier vormen die gebruikt worden voor de toekomende tijd.

Ik kan deze vier vormen herkennen en ook zelf gebruiken in een zin.

Slide 2 - Diapositive

Welke twee vormen hebben we ook alweer geleerd?
Present Simple

Present Continuous

Slide 3 - Diapositive

Welke twee vormen hebben we alweer geleerd?
Present Simple
- Bij vaste tijden
Present Continuous
- Als je een afspraak hebt gemaakt

Slide 4 - Diapositive

Toekomende tijd
To be going to
– am/are/is + going to + hele werkwoord

I am going to buy this house
It is going to rain soon
Look, we will go to Spain

Slide 5 - Diapositive

Toekomende tijd
To be going to
 
Als iemand iets van plan is / bij voorspellingen waarbij je bewijs hebt
 - Look, it’s going to rain soon.
 - She’s going to move house in March.

Slide 6 - Diapositive

Toekomende tijd
Will
Will + hele werkwoord


They will help him this weekend
It will snow in March


Slide 7 - Diapositive

Toekomende tijd
Will

Als je iets aanbiedt / bij beloftes / aankondigingen / bij voorspellingen waarvoor je geen bewijs hebt.
We will visit you this weekend.
It will rain next weekend.


Slide 8 - Diapositive

Vul de juiste vorm in: The weatherman said it ... ... rain soon
A
shall
B
is going to
C
rains
D
is raining

Slide 9 - Quiz

Vul de juiste vorm in: I ... help you with painting.
A
is helping
B
help
C
helped
D
will

Slide 10 - Quiz