Stabiele zijligging - EHBO

EHBO - Stabiele Zijligging
Stabiele zijligging
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

EHBO - Stabiele Zijligging
Stabiele zijligging

Slide 1 - Diapositive

Wat weten jullie al over de stabiele zijligging?

Slide 2 - Question ouverte

Na de les weet je:
  1. Wanneer je iemand in de stabiele zijligging moet leggen
  2. Waarom je iemand in de stabiele zijligging legt
  3. Hoe je iemand in de stabiele zijligging legt 

Slide 3 - Diapositive

Wanneer moet je iemand in de  stabiele zijligging leggen?

  • Slachtoffer reageert niet, dus bewusteloos is.

Slide 4 - Diapositive

Waarom stabiele zijligging
Wanneer een slachtoffer bewusteloos is verslappen de spieren in de keelholten waardoor de tong in de keelholte kan zakken en het slachtoffer kan stikken. De stabiele zijligging zorgt ervoor dat de luchtweg vrij blijft. Ook kan het slachtoffer in de stabiele zijligging niet stikken in eventueel braaksel.

Slide 5 - Diapositive

Hoe voer je het uit
  • benaderen kant gezicht
  • Kinlift - Luisteren, kijken, voelen
  • bril af -> Veiligheid
  • Indien alleen: telefoon bij hoofd slachtoffer
  • Arm over de grond slepen - niet optillen


Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Oefenen
  • Maak tweetallen 
  • Oefen samen de stabiele zijligging

Slide 8 - Diapositive

1. Aanspreken
2. Schudden
3. Kinlift + ademhalingscontrole 10 sec.
4. 112 bellen 
5. Bril af
6. Arm die het dichtst bij ligt in een rechte hoek (90 graden) 
7. Handrug naar oor, hand in hand (niet meer loslaten)
8. Verste knie omhoog
9. Draaien
10. Hoofd omhoog kantelen
11. Elleboog op de grond
12. Knie rechte hoek (90 graden)
13. Ademhaling controle buik-rug iedere minuut 10 sec. 

Slide 9 - Diapositive

Quiz

Slide 10 - Diapositive

Hoeveel seconden moet de ademhaling gecontroleerd worden bij een bewusteloos cliënt?
A
1 minuut
B
10 seconden
C
5 seconden
D
20 seconden

Slide 11 - Quiz

wanneer voer je de stabiele zijligging niet uit?
A
Als iemand bewusteloos is
B
Als iemand is flauw gevallen
C
Als iemand geen adem haalt

Slide 12 - Quiz

Wanneer moet je iemand in de stabiele zijligging leggen?
A
Als iemand zich niet lekker voelt
B
Als iemand geen adem meer haalt
C
Als iemand buiten bewustzijn is maar ademhaalt
D
Als iemand misselijk is

Slide 13 - Quiz

Is dit de stabiele zijligging?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Waarom moet je iemand in de "Stabiele Zijligging" leggen?
A
Zodat hij stabiel ligt en niet om kan vallen
B
Dat ligt prettiger voor het slachtoffer
C
Dan kan je beter op het slachtoffer letten
D
Om de luchtweg van het slachtoffer vrij te houden

Slide 15 - Quiz

Terugkoppeling leerdoel
  1. Wanneer je iemand in de stabiele zijligging moet leggen
  2. Waarom je iemand in de stabiele zijligging legt
  3. Hoe je iemand in de stabiele zijligging legt 

Slide 16 - Diapositive

Ik vond deze les:
Leerzaam
niet leerzaam
leuk
niet leuk

Slide 17 - Sondage