Trede 13 Meetkunde

Aan het einde van de les kan/ken ik 
- benoemen wat een bissectrice is en deze tekenen.
- benoemen wat een zwaartelijn is en deze tekenen.
- een ingeschreven cirkel tekenen.
- de hoekensom van de driehoek en vierhoek.
- een gelijkzijdige driehoek herkennen.
- een gelijkbenige driehoek herkennen. 
- een F-hoek herkennen. 
- een Z-hoek herkennen.
- overstaande hoeken benoemen.
- hoeken berekenen m.b.v. bekende stellingen.
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Aan het einde van de les kan/ken ik 
- benoemen wat een bissectrice is en deze tekenen.
- benoemen wat een zwaartelijn is en deze tekenen.
- een ingeschreven cirkel tekenen.
- de hoekensom van de driehoek en vierhoek.
- een gelijkzijdige driehoek herkennen.
- een gelijkbenige driehoek herkennen. 
- een F-hoek herkennen. 
- een Z-hoek herkennen.
- overstaande hoeken benoemen.
- hoeken berekenen m.b.v. bekende stellingen.

Slide 1 - Diapositive

Een lijn die een hoek precies in 2 even grote delen deelt noemen we een
A
hoogtelijn
B
middelloodlijn
C
zwaartelijn
D
bissectrice

Slide 2 - Quiz


Een lijn die door een hoekpunt en door het midden van de overstaande zijde van een driehoek gaat, heet ....
A
een zwaartelijn
B
een bissectrice
C
een hoogtelijn
D
een middelloodlijn

Slide 3 - Quiz

Wat moet je tekenen om het middelpunt van de ingeschreven cirkel van een driehoek te vinden?
A
de bissectrices van de drie hoeken .
B
de middelloodlijnen van de zijden van de driehoek.

Slide 4 - Quiz

Hoeveel graden zijn de 3 hoeken van een driehoek samen?
A
90
B
180
C
270
D
360

Slide 5 - Quiz

Hoeken berekenen doe je met je
geo- driehoek.
A
Ja, natuurlijk!
B
Nee! Meten doe je met een geo-driehoek, berekenen niet!
C
Alleen als ik mijn rekenmachine niet mee heb.

Slide 6 - Quiz

Alle hoeken van een vierhoek zijn samen
A
180 graden
B
Altijd verschillend
C
540 graden
D
360 graden

Slide 7 - Quiz

Wat is er bijzonder aan deze driehoek?

Hij ..
A
is groen
B
is gelijkzijdig
C
is gelijkbenig
D
heeft drie hoeken

Slide 8 - Quiz

In een gelijkzijdige driehoek zijn alle hoeken
A
50 graden
B
60 graden
C
70 graden
D
80 graden

Slide 9 - Quiz

Hoe noem je

en
E1
E3
A
binnen hoeken
B
verwisselende hoeken
C
overeenkomstige hoeken
D
overstaande hoeken

Slide 10 - Quiz

Welke hoeken zijn even groot?
A
S1=S2
B
S1=S3
C
S1=S4
D
S2=S3

Slide 11 - Quiz

wat is de overstaande hoek van
A12
A
A56
B
A4
C
A45
D
A5

Slide 12 - Quiz

Wat herken je in dit gebouw?
A
F-hoeken
B
Z-hoeken
C
Alle twee

Slide 13 - Quiz


Welke stelling pas je toe om hoek P1 te berekenen?
A
F-hoeken
B
Z-hoeken
C
Hoekensom driehoek
D
Gestrekte hoek

Slide 14 - Quiz

Z-hoeken!
Welke hoek is even
groot als ?
B1
A
F2
B
E2
C
E1
D
D2

Slide 15 - Quiz

De hoeken A noemen we...
A
Evenwijdige hoeken
B
Dezelfde hoeken
C
F-hoeken
D
Z-hoeken

Slide 16 - Quiz

Welke hoeken zijn ook 54 graden?
A
Hoek S2 en R4
B
Hoek R1 en S1
C
Hoek P1 en Q3
D
Hoek P4 en Q2

Slide 17 - Quiz

Een volle hoek is ...
A
een hoek die bestaat uit meerdere hoeken
B
een ronde hoek
C
een hoek van 360*
D
een hoek van 0*

Slide 18 - Quiz