Niet aangeboren Hersenletsel: TIA en CVA

Niet aangeboren hersenletsel
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
AnatomieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Niet aangeboren hersenletsel

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Definitie NAH
Beschadiging van hersenweefsel dat na de geboorte is ontstaan en resulteert in stoornissen op fysiek, sensorisch, cognitief of emotioneel functioneren. Hierdoor ontstaan problemen op vlak van zelfredzaamheid en psychosociaal functioneren, die tijdelijk of blijvend zijn en persoonlijke assistentie of toezicht noodzakelijk maken.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

CVA - TIA

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel mensen krijgen ongeveer op een dag een beroerte?
25
75
125
115

Slide 4 - Sondage

125 personen per dag

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Epidemiologie, CVA in cijfers
  • 3 - 1
  • 6% , 29% - 47% 
  • 30% tot 50% 
  • 15% 

Slide 6 - Diapositive

3deoverlijdensoorzaak in de westerse wereld, 1steinvaliditeitsoorzaak.
6% sterft binnen een dag, 29% binnen een maand, 47% binnen een jaar.
30% tot 50% blijft met fysieke beperkingen, en zelfs meer met cognitieve, psychische en sociale gevolgen.
15% van de slachtoffers zijn jonger dan 45 jaar (= werkers, ouders van kleine kinderen, ...)!
80% ischemisch CVA, 20% hemorragisch CVA (hersenbloeding)
Soorten CVA

Slide 7 - Diapositive

Ischemisch CVA - onbloedig (80%)
Hemorragisch CVA - bloedig (20%)
Indeling herseninfarcten
TIA
Progressive stroke: 
completed stroke
young stroke

Slide 8 - Diapositive

Progressive stroke: verschijnselen nemen na verloop van enkele uren tot dagen toe
Completed stroke: verschijnsleen zijn blijvend en meteen volledig aanwezig
Young stroke: voor 45 jaar, oorzaken: dessectie, afwijkingen in stollingsmechanisme, migraine, drugsgebruik
TIA
  • Transient Ischemic Attack
  • 24 uur
  • Voorbode
  • Geen restverschijnselen

Slide 9 - Diapositive



Transiente Ischemische Aanval
Tijdelijke storing van de bloedvoorziening
Binnen 24 uur zijn de klachten weg
Scheve mond, verwarde spraak, verlamde arm
Voorbode van een CVA

vergelijk het met AP klachten

Transient Ischaemic Attack (TIA): Voorbode van een CVA!
Tijdelijke aanval van zuurstoftekort in de hersenen
Door embolie uit het hart of vernauwing van halsslagaders
Verdwijnt zonder restverschijnselen





Hoeveel % van de gevallen is een ischemisch CVA?
20%
50%
80%

Slide 10 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Bloedtoevoer naar de hersenen

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

De arteria basilaris is de slagader die in het midden van de hersenbasis ligt. Hij wordt gevormd door het samengaan van twee arteriae vertebrales (wervelslagaders). De arteria basilaris voorziet het binnenoor en delen van de hersenen van bloed. De plexus basilaris is een netwerk van kleine slagaders in de hersenbasis tussen de beschermende hersenvliezen.  verstopping of occlusie van de arteria basilaris veroorzaakt ernstige complicaties, variërend van blindheid tot verlamming.

De arteria basilaris is de slagader die in het midden van de hersenbasis ligt. Hij wordt gevormd door het samengaan van twee arteriae vertebrales (wervelslagaders). De arteria basilaris voorziet het binnenoor en delen van de hersenen van bloed. De plexus basilaris is een netwerk van kleine slagaders in de hersenbasis tussen de beschermende hersenvliezen. Een verstopping of occlusie van de arteria basilaris veroorzaakt ernstige complicaties, variërend van blindheid tot verlamming.

Arteria carotis interna
De arteria carotis (hals-hoofdslagader) verzorgt het grootste deel van de bloedtoevoer naar de hersenen. De naam is afkomstig van het Griekse woord dat ‘in diepe slaap vallen’ betekent. De diverse hals-hoofdslagaders hebben deze naam gekregen omdat afklemming ervan tot een verminderde bloedtoevoer naar de hersenen leidt en bewusteloosheid tot gevolg kan hebben. De arteria carotis is een grote slagader die bij het hart (bij de aorta) begint en via de hals recht naar boven loopt. Ongeveer 2,5 cm boven het sleutelbeen vertakt deze slagader zich in een arteria carotis externa en interna (buitenste en binnenste hals-hoofdslagader). Het kloppen van deze slagader is te voelen als u uw vingertoppen net onder het kaakbeen tegen de hals legt.

Arteria cerebri anterior
De arteria cerebri anterior (voorste hersenslagader) loopt vanuit de arteria carotis interna (binnenste hals-hoofdslagader) langs de nervus opticus (oogzenuw) naar de fissura longitudinalis cerebri (diepe spleet in het mediane vlak tussen linker en rechter grote-hersenhelften). Deze hersenslagader staat via de verbindende arteria anterior (voorste slagader) in verbinding met de arteria cerebri posterior (achterste hersenslagader).

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn risicofactoren voor een CVA?

Slide 17 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Risicofactoren:


Ouderdom
Hypertensie 
Diabetes Mellitus
Stress
Te weinig bewegen
Hoge cholesterol
HVZ
Roken
Obesitas

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Infarct

Bloedvat (slagader) raakt verstopt door embolie of trombose

Door afsluiting uitval

Penumbra

Herstel Langzaam

Penumbra

Slide 19 - Diapositive

Zoals je weet uit S1.09 is artherosclerose, met hyper RR vaak de boosdoener van CVA
Door afsluiting -> ischemie een infarct
Waar komt dit vaak vandaan?
hals, aorta of hart -> embolie
trombose in hersenslagadertak vanwege ernstige daling van de RR (bijvoorbeeld ontstaan tijdens een operatie, door slaapmedicatie zal RR dalen)
Herhaling:
 Trombose: stolling in een slagader of ader
 Embolie: een stuk losschiet met de bloedstroom meegenomen wordt en verderop vastloopt

Verstopt 
Penumbra
Bloedvat (slagader) raakt verstopt
Stolsel = trombus (slagaderverkalking)
Trombose in hersenen zelf
Embolie ontstaat in bijv. hals of hart
Wat is het belang van het penumbra?
A
Zorgt voor extra collaterale circulatie
B
80% meer zuurstofrijk bloed
C
Herstelt het infarct
D
6 uur levensvatbaar

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Penumbra
Rond het infarct
6 uur 
 collaterale circulatie

Slide 21 - Diapositive

Rond het infarct
6 uur levensvatbaar hersenweefsel
tot 80% meer opname van zuurstof uit collaterale circulatie
Collateraalvorming

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bloeding
Bloedvat barst open
Bloedvoorziening vermindert
Intracerebraal hematoom

Slide 23 - Diapositive

Bloedig;
Kan ontstaan als de patiënt;
Aneurysma heeft diep in hersenweefsel t.g.v. onbehandelde hyper RR = meest voorkomende oorzaak van bloedig CVA
Bloedverdunners gebruikt, zeker als er ook hyper RR is
Na trauma in combinatie met bloedverdunners -> schedellichting

Bloedvat in de hersenen barst open
Bloedvoorziening naar hersenen vermindert
Bloed vloeit weg
Intracerebraal hematoom
Aneurysma

Bloedig;
Kan ontstaan als de patiënt;
Aneurysma heeft diep in hersenweefsel t.g.v. onbehandelde hyper RR = meest voorkomende oorzaak van bloedig CVA
Bloedverdunners gebruikt, zeker als er ook hyper RR is
Na trauma in combinatie met bloedverdunners -> schedellichting (academische centra) en bloed dikker maken
Malformatie (aangeboren afwijking) van de vaten in hersenen -> coilen 
Tumor die is gaan bloeden
Vaak is beleid: Afwachten en hopen op % bloeding door tamponneren van de schedel en omliggend weefsel
 (academische centra) en bloed dikker maken
Malformatie (aangeboren afwijking) van de vaten in hersenen -> coilen
Tumor die is gaan bloeden
Vaak is beleid: Afwachten en hopen op % bloeding door tamponneren van de schedel en omliggend weefsel

Oorzaken bloedig cva
Hypertensie
Specifieke vaatafwijkingen zoals een aneurysma
Hersentumor.
Gebruik van medicatie 
Hoofdtrauma (na ongeval)

Slide 24 - Diapositive

Hypertensie
aandoening van de kleine bloedvaten in de hersenen.
specifieke vaatafwijkingen (zoals arterioveneuze malformaties of een aneurysma)
hersentumor.
gebruik van medicatie (zoals antistollingsmedicijnen of bloedverdunners)
hoofdtrauma (na ongeval)
Wat zij jij in de acute fase?

Slide 25 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Verschijnselen
Krachtsverlies, moeite met spraak, moeite met begrip, moeite met lopen, moeite met evenwicht, minder alert, bewustzijnsdaling. kauw/ slik klachten, verward,
hoofdpijn, urineverlies, 

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onderzoek CVA:
 CT-scan / MRI
Trombolyse: Binnen 4.5 uur na infarct
Revalidatie: Afhankelijk van uitval
Medicijnen: Cholesterol- en bloeddrukverlagers, antistolling

Slide 27 - Diapositive

In de acute fase wordt er een CT-scan gemaakt voor onderscheid tussen bloeding en infarct
Behandeling: Tijdverlies = hersenverlies!
Trombolyse: Binnen 4.5 uur na infarct
Revalidatie: Afhankelijk van uitval
Medicijnen: Cholesterol- en bloeddrukverlagers, antistolling
Behandeling Acute fase
Ziekenhuisopname/ stroke unit
Juiste diagnose van de oorzaak
Zo snel mogelijk starten met de behandeling

Slide 28 - Diapositive

ehandeling: Tijdverlies = hersenverlies!
Behandeling
CT scan
Trombolyse
Stop bloeding
Revalidatie
Bloedverdunners
Bloeddrukverlagers

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer geen trombolyse?

CVA – bloedig in anamnese
Grote OK < 14 dgn
Bij RR > 185/100 (voor CVA)
Duidelijke hypoglcyemie of hyperglycemie
Bij ontstaan tijdens epileptisch insult
Als het een bloedig CVA is (CT)




Niet duidelijk wanneer uitval is begonnen
Uitval te groot / te klein
INR > 1,7
Art. punctie gehad < 7 dagen
Recidief CVA < 6 weken
Ernstig schedellestel


Slide 30 - Diapositive

er geen kennis is van het begintijdstip van de uitval
uitval te klein of te groot (bewustzijn, oogstand, blikparese)
orale antistolling, INR 1,7 of meer
arteriële punctie gehad afgelopen 7 dagen
recidief infarct binnen 6 weken
ernstig schedelletsel afgelopen 3 maanden
hersenbloeding in de anamnese
grote ingreep afgelopen 14 dagen
voor de bloeding RR >185 / 100 (sys)
duidelijke hypoglcyemie of hyperglycemie
tijdens ontstaan een epileptisch insult
het een bloeding is (CT)
> 6 uur klachten zijn (intraveneus 3-4,5 uur)

Gevolgen van een CVA
Overlijden
Bloeding na infarct, mn na trombolyse
Blijvende uitval

Slide 31 - Diapositive

Valrisico
stemming en persoonlijkheid
Aspiratie pneumonie
trombose
Taalstoornis
Halfzijdige krachtsverlies
Spraakstoornis
Halfzijdige verlamming
Hoge spanning 
Dwangstand
Hemiplegie

Hemiparese
Contractuur
Hypertoon
Afasie
Dysartrie

Slide 32 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Neglect
Apraxie
Persevereren
Geheugenstoornis
Emotioneel Gedrag
Slik/ kauw problemen
Depressie
Hemianopsie
Uitvalsverschijnselen
Motorische stoornissen
Sensorische stoornissen
Afasie
Taalgebruik
Dysartrie
Stoornissen waarneming
Agnosie

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hemianopsie

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

NEGLECT

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ischemische drempels

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een patient begrijpt wat je zegt maar antwoord met "miauw miauw". Hoe noemen we dit verschijnsel?
A
Motorische afasie
B
Amnestische afasie
C
Sensorische afasie
D
Gemengde afasie

Slide 37 - Quiz

sensorische afasie = wernicke: patient begrijpt niet wat er gezegd wordt.
amnestische afasie: woordvindingsstoornissen
gemengde afasie: combinatie van sensorische en motorische afasie.
Complicaties

  • aspiratiepneumonie
  • diepe veneuze trombose
  • decubitus
  • blaasretentie en urineweginfectie
  • contracturen
  • isolement (sensorische deprivatie)



Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Houdt rekening met ontstaan van 
  • delier en depressie
  • ontregelen van de diabetes
  • koorts bestrijden, om zo de zuurstofbehoefte van de weefsels te verlagen
  • consult cardioloog (om oorzaak op te sporen, mogelijk ritmeprobleem)

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions