§3.1 Klimaten wereldwijd

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

groepje:

1: Tropisch regenwoud klimaat
2: Savanneklimaat
3: Woestijn klimaat
4: Steppe klimaat
5: Zee klimaat
6: Land klimaat
7: Pool klimaat
8: Toendra klimaat

§ 3.1: Klimaten wereldwijd

 1. Je kent de acht hoofdklimaten         en weet waar ze voorkomen.   

                              

2. Kun je uitleggen waarom de            begroeiing tussen de klimaten

    verschillend is.

    

   3. Je kunt bepalen of een                     klimaat op hoge of lage                   breedte ligt.

Dit ga je leren in paragraaf §3.1: 

Lesdoelen

Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.

Begrippen uit deze les:

• Weer
• Klimaat
• Breedteligging
• Tropisch regenwoudklimaat
• Savanneklimaat
• Steppeklimaat
• Woestijnklimaat
• Landklimaat
• Zeeklimaat
• Hoge en lage breedte
• Toendraklimaat
• Poolklimaat

Weer

De omstandigheden in de atmosfeer, bijvoorbeeld: sneeuw, regen, hagel.

Klimaat

De omstandigheden in de atmosfeer gemeten over een periode van 30 jaar.

Hoge en lage breedte

Maken 

Maken blz. 120 vraag 2a en 2b en 3

Bekijk blz. 122 bron 6 windroos

zet daar een uitroepteken bij!

Ben je klaar?

Lees blz. 120 en 121 par. 3.1 klimaten wereldwijd

Lage en hoge breedte

Lage breedte wil zeggen breedtegraden dichtbij de evenaar.

Hier liggen de volgende klimaten: tropisch regenwoud, savanne, steppe en woestijn.

Hoge breedte zijn breedtegraden dichtbij de polen.

Hier liggen de volgende klimaten: landklimaat, gematigd zeeklimaat, toendraklimaat, poolklimaat en hooggebergte klimaat. 

Maken 

Vraag 6 klimaatgrafiek blz. 123

Ben je klaar?

Maak dan werkboek blz. 126 H3 par. 3.1 vraag 2-4-5-6

Huiswerk

H3 par 3.1

Maken blz. 126 vraag 2-4-5-6

Ben je klaar? 

- zet dan de begrippen in StudyGo

- Maak van par. 3.2 blz. 130 een mindmap