Uit een ingezonden brief van een Nederlandse vrouw (1938):
Ik was na de Kristallnacht zo ongerust over mijn vader en zus dat ik naar
Duitsland ben gegaan om hen op te zoeken. Ze vertelden me wat er drie
dagen daarvoor was gebeurd.
Donderdagochtend werden ze opgepakt en samen met de andere Joden
uit het dorp opgesloten. De vrouwen werden verhoord en daarna naar
huis gestuurd. De mannen werden met een veewagen naar het slachthuis
gebracht. Daarna werd mijn vader weggestuurd, samen met de andere
mannen die ouder waren dan 70 jaar. Toen mijn vader thuis kwam, werd
ons huis doorzocht en al het geld meegenomen.