4.3 herhaling steden in de wereld

Herhaling 
 Steden in de wereld
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Herhaling 
 Steden in de wereld

Slide 1 - Diapositive

Planning
Herhaling ( uitleg 4.3.)
Begrippen herhalen
Zelfstandig werken
Nabespreken

Slide 2 - Diapositive

De stad van nu. 
De stad van vroeger.
Op deze afbeeldingen zie je een stad van vroeger en een stad van nu. 
We hebben geleerd hoe een stad is ontstaan vroeger nu gaan we het hebben over de steden van nu 

Slide 3 - Diapositive

urbanisatie
Steden groeien doordat mensen erheen verhuizen of kinderen geboren worden. Dit noemen we urbanisatie.

Slide 4 - Diapositive

Kenmerken van een stad
In een stad:

  • Wonen veel mensen
  • Zijn er veel gebouwen dicht op elkaar. 
  • Er is veel verkeersdrukte. 
  • Veel dingen die je kunt kopen ( veel winkels)
  • zijn  er veel  voorzieningen 


Slide 5 - Diapositive

Voorzieningen
Voorzieningen: Diensten waar mensen gebruik van kunnen maken.

Voorbeelden
de supermarkt, school, de bakker, bioscoop, het zwembad, de kapper, schoenwinkels etc

Slide 6 - Diapositive

Infrastructuur
  • Voorzieningen die nodig zijn voor vervoer en communicatie. 
  • Zonder infrastructuur geen steden
  • Bijvoorbeeld luchthavens en spoorwegen, internetkabels. Welke voorbeelden nog meer ? en waarom is het zo belangrijk?

Slide 7 - Diapositive

Soorten steden
  • Megastad : heeft meer dan 10  miljoen inwoners

  • Hoofdstad:  zit meestal de
      regering van een land

  • Wereldstad Een belangrijke stad voor de hele  wereld. 

Slide 8 - Diapositive

Delen van de stad
Zakencentrum
  • Midden van de stad, Wolkenkrabbers
  • Hoge grondprijzen → er wonen weinig mensen
Voorsteden
  • Woonwijken verder van het centrum met
      meer rust en ruimte
Krottenwijken
  • In arme steden aan de rand van de stad
  • Ongunstige plekken, Onverharde wegen
  • Vaak geen elektriciteit, drinkwater en riolering


Slide 9 - Diapositive

Waarom trekken mensen naar de stad?

Slide 10 - Question ouverte

4.3 Steden in de wereld
Hoofdstad
Infrastructuur
Krottenwijk
Megastad
Urbanisatie
Voorstad
Voorzieningen
Wereldstad
Zakencentrum
Leerdoelen  
  • Kun je de kenmerken van een stad weergeven en kun je voorbeelden geven van voorzieningen en infrastructuur in een stad 

  • Weet je wat urbanisatie is en waardoor steden groeien 

  • Weet je wat een megastad, een hoofdstad en een wereldstad zijn 
  •  
  • Kun je het verschil uitleggen tussen een krottenwijk, een voorstad en het zakencentrum
En?

Slide 11 - Diapositive

Wanneer is een stad een megastad?
A
Wanneer de stad veel impact heeft op de wereld.
B
Wanneer het de hoofdstad van een land is
C
Wanneer de stad de allergrootste is van het land.
D
Wanneer de stad meer dan 10 miljoen inwoners heeft.

Slide 12 - Quiz

Wat is een hoofdstad?
A
Vaak grootste en belangrijkste stad van een land
B
Stad waar de regering van een land zit
C
Altijd de grootste stad van het land
D
Mooie stad in het land

Slide 13 - Quiz

Wat is urbanisatie?
A
Mensen trekken naar de dorpen
B
Mensen verhuizen
C
Mensen verhuizen naar de steden
D
Mensen zijn op zoek naar ruimte en een grote woning

Slide 14 - Quiz

Wat is een hoofdstad?
A
Stad met meer dan 10 miljoen inwoners
B
Stad waar meestal de regering van een land zit
C
Stad met veel inwoners en veel invloed op de wereld

Slide 15 - Quiz

Moskou heeft meer dan tien miljoen inwoners en is vooral gericht op Rusland gericht. Vanuit Moskou wordt het land bestuurd.

Wereldstad, megastad of hoofdstad? 2 antwoorden zijn goed.
A
Wereldstad
B
Megastad
C
Hoofdstad

Slide 16 - Quiz

Hoe noem je een rustig woongebied ver van het centrum?
A
Krottenwijk
B
Voorstad
C
Zakencentrum

Slide 17 - Quiz

Kan een stad een megastad zijn, maar ook een wereldstad?
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quiz

In een zakencentrum......
A
wonen mensen in flats.
B
wonen veel arme mensen.
C
zijn vooral kantoorpanden.
D
Wonen alleen rijke mensen.

Slide 19 - Quiz

Welke past bij Parijs? (2,16 miljoen inwoners)
A
Hoofdstad
B
Megastad
C
Wereldstad
D
Geen van de drie

Slide 20 - Quiz

krottenwijk
A
een wijk waarin de bewoners hun huizen met eenvoudige materialen zelf gebouwd hebben
B
deel van de economie waarin mensen geen vaste baan hebben en hun geld verdienen door los-vaste baantjes

Slide 21 - Quiz

Er is altijd elektriciteit in een krottenwijk.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quiz

Wat is een voorziening voor vervoer?
A
gasleiding
B
huizen
C
zwembad
D
busstation

Slide 23 - Quiz

Wat is een voorbeeld van infrastructuur?
A
Schip
B
Kanaal
C
vliegtuig
D
vrachtwagen

Slide 24 - Quiz

Wat betekent infrastructuur?
A
Alle voorzieningen die nodig zijn voor vervoer en communicatie
B
Spoorwegen, autowegen, auto's en treinen.
C
Alle voorzieningen die nodig zijn om graan en andere producten te kunnen vervoeren.

Slide 25 - Quiz

Wat zijn voorzieningen?
A
Alles wat je kan doen in een stad
B
Diensten waar mensen gebruik van maken
C
Dingen waar je gebruik van kunt maken in een stad

Slide 26 - Quiz

Wat is geen voorziening?
A
winkel
B
wasstraat
C
werkplaats
D
weiland

Slide 27 - Quiz

wereldstad

megastad

hoofdstad
bestuurscentrum van land

10 miljoen inwoners

geen grote rol in wereld
 belangrijk op wereldniveau

Slide 28 - Question de remorquage

Hoe heet de verplaatsing van mensen uit dorpen naar steden?
A
Urbanisatie
B
Re-urbanisatie
C
Integratie
D
Sub-urbanisatie

Slide 29 - Quiz

Maken
Opdracht 1 t/m 4 
Blz 154 

BK

Slide 30 - Diapositive

Maken
Opdracht 1 t/m 4 
Blz 139

BB

Slide 31 - Diapositive