Voorbereiding e-mail schrijven

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 2

Voorbereiding schrijven

Lesdoel:

• Na deze les kan je vertellen hoe je het schrijven van een tekst moet voorbereiden
• Heb je opdracht twee van de reader af

Denk na over de inhoud

• WWWWWH
• Wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe

Wie?

• Aan wie schrijf je de brief/mail?
• Namens wie
• Formeel/Informeel

Wat, waar en wanneer?

• Wat is het onderwerp van de brief/mail?
• Wat wil je erover zeggen of vragen?
• Wat kan de lezer verwachten?

Hoe?

• Hoe kan de lezer zich aanmelden? Voor wanneer?
• Hoe is de toon van de brief? Pas je woordkeuze en spreektoon aan op de doelgroep.

Opbouw van de informele mail

• Aan
• Onderwerp
• Aanhef (groet)
• Tekst
• Slotgroet
• Naam

!!!Deze opbouw moet je uit je hoofd kennen voor het examen!!!

Openingszin

De openingszin is voor veel mensen lastig. 

Start dan middenin en voeg later openingszin toe.

 Als de brief een reactie is op een ontvangen brief of een telefoongesprek is het goed daaraan te refereren.

Nog meer?

• Lay-out
  
• Alinea's
• Spelling en grammatica
• Leestekens
• Hoodletters gebruiken waar nodig
• Juiste verbindingswoorden (signaalwoorden)
• Actief geschreven (Door wie?)

Aan de slag!

1. Maak opdracht vier en vijf van de reader (check Reader Schrijfvaardigheid)
2. Klaar, ga dan verder met de TB (zie planning)