3.4 + 3.5 Economische ontwikkeling & demografie van Brazilië

3.4 Economie & politiek



H3 Brazilië
Domein: Gebieden
Havo 5
1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

3.4 Economie & politiek



H3 Brazilië
Domein: Gebieden
Havo 5

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
  • Ik kan de economische kenmerken en ontwikkeling van Brazilië beschrijven.
  • Ik kan de regionale ongelijkheid in Brazilië beschrijven en verklaren.
  • Ik kan analyseren hoe politieke keuzes de economische ontwikkeling van Brazilië beïnvloeden.

Slide 2 - Diapositive

0

Slide 3 - Vidéo

Wat betekent dit?

Slide 4 - Diapositive

Waar staat BRIC (S) voor?

Slide 5 - Question ouverte

Slide 6 - Diapositive

Kenmerken economie (1)
  • Begin 21e eeuw flinke economische groei door hoge wereldwijde vraag naar grondstoffen.
  • Hierdoor toename bbp/hoofd, waardoor de binnenlandse afzetmarkt groeide.

Slide 7 - Diapositive

Alleen...

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Kenmerken economie (2)
  • Handelsbalans is doorgaans positief.
  • Importpakket bestaat voornamelijk uit machines en chemicaliën (voor landbouw en industrie).
  • Exportpakket gedomineerd door grondstoffen en landbouwproducten.

  • Toch tertiairisering van de economie.
  • Informele sector nog steeds een belangrijke bron van inkomen voor veel Brazilianen.

Slide 12 - Diapositive

Regionale verschillen

Verklaringen vanuit verschillende dimensies:
  • historisch?
  • economisch?
  • natuurlijk?

Slide 13 - Diapositive

Politiek
  • Van koloniale staat (tot 1889), naar militaire dictatuur (1964-1985) tot parlementaire republiek (democratisering).
  • Begin 21e eeuw veel burgerparticipatie en programma's om armoede en sociale ongelijkheid terug te dringen (socialisme).
  • Na de recessie van 2015 rechtse president Bolsonaro (neo-liberalisme).
  • Nu meer ruimte voor good governance?           (transparant en democratisch)

Slide 14 - Diapositive

Aan de slag!


Maak de opdrachten van 
par. 3.4.
Lees paragraaf 3.5 alvast
DOMOGRAFISCHE TRANSITIE!!

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Wat is geen kenmerk van fase 2 van het demografisch transitiemodel?
A
het geboortecijfer daalt
B
het sterftecijfer daalt
C
de bevolkingsomvang neemt toe
D
er is minder kindersterfte

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Diapositive

Aan het eind van welke fase van het demografisch transitiemodel is het geboorteoverschot het grootst?
A
Fase 1
B
Fase 2
C
Fase 3
D
Fase 4

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Diapositive

Aan de slag!

Maak de opdrachten van 
par. 3.4 (B of C)

Lees paragraaf 3.5 alvast
Maak boxopdracht over
DOMOGRAFISCHE TRANSITIE van 4.2
Klaar = klaar

Slide 21 - Diapositive

3.5 Sociale ontwikkeling



H3 Brazilië
Domein: Gebieden
Havo 5

Slide 22 - Diapositive

Lesdoelen
  • Ik kan de demografische ontwikkeling van Brazilië beschrijven en verklaren.
  • Ik kan het verstedelijkingsproces in Brazilië en de bijbehorende problematiek beschrijven en analyseren.
  • Ik kan de sociale ongelijkheid in Brazilië beschrijven en de oorzaken en gevolgen hiervan herkennen en verklaren.

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Demografie (1)
  • Hoge natuurlijke bevolkingsgroei door jonge bevolking (veel vrouwen in vruchtbare leeftijd).
  • Natuurlijke bevolkingsgroei neemt door dalend geboortecijfer en toenemende vergrijzing af.

Slide 25 - Diapositive

Demografie (2)
  • Vruchtbaarheidscijfer (TFR) is enorm gedaald, door:
  • Stijgende welvaart (vrouwen hoger opgeleid);
  • Maatschappelijke veranderingen (o.a. afname invloed RK-kerk);
  • Gezinsplanning (subsidie op de pil).

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

In welke fase van het demografisch transitiemodel bevindt Brazilië zich nu?
A
Eind fase 1
B
Eind fase 2
C
Eind fase 3
D
Eind fase 4

Slide 28 - Quiz

Stedelijke samenleving
  •  Vroeger een hoog verstedelijkingstempo door ruraal-urbane migratie (ontstaan van favela's), nu een hoge verstedelijkingsgraad (87%).
  • Braziliaanse steden kennen veel ruimtelijke segregatie (zie openingsfoto).

  • Stedelijk netwerk Belo Horizonte, São Paulo en Rio de Janeiro trekt nog veel mensen en bedrijven. Maar middelgrote steden in het binnenland worden steeds populairder.

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Twee beweringen:
1. Als er sprake is van een hoge verstedelijkingsgraad is er sprake van bevolkingsdruk
2. Een hoog verstedelijkingstempo komt vooral voor in de centrumlanden
A
Beide beweringen zijn juist
B
Beide beweringen zijn onjuist
C
Bewering 1 is juist, 2 onjuist
D
Bewering 1 is onjuist, 2 juist

Slide 31 - Quiz

Noteer vier problemen waar megasteden vaak mee te maken hebben

Slide 32 - Question ouverte

Sociale ongelijkheid
Ongelijke verdeling van welvaart kun je terugzien in de Lorenzcurve.

  • In 2020 6% in extreme armoede (onder $30 p/m), terwijl de helft van BBP wordt verdiend door 10% v/d bevolking.
  • Op het platteland door grootgrondbezitters grote inkomensverschillen (invloed van landgrabbing?)

Slide 33 - Diapositive

Hoeveel % van het inkomen
werd in 2002 door 80%
van de bevolking verdiend?

Slide 34 - Question ouverte

Twee beweringen:
1. De Lorenzcurve van Brazilië van 20 jaar geleden
wordt in het grijs weergegeven
2. Wanneer een land een Lorenzcurve heeft zoals de
blauwe lijn weergeeft, dan is er sprake van een volledig
eerlijke inkomensverdeling
A
Beide beweringen zijn juist
B
Beide beweringen zijn onjuist
C
Bewering 1 is juist, 2 onjuist
D
Bewering 1 is onjuist, 2 juist

Slide 35 - Quiz

Welke conclusie kan je uit deze kaart trekken?
Relatief gezien wonen er meer ouderen/jongeren in het zuidoosten dan in het noorden en westen.
antwoord
ouderen
Op nationaal schaalniveau wonen er meer ouderen/jongeren in Brazilië.
antwoord
jongeren

Slide 36 - Diapositive

Verklaar de bevolkingsopbouw in het noorden van Brazilië (3p).

- vertel hoe de bevolkingsopbouw eruit ziet.
- leg in twee stappen uit waardoor die bevolking er zo uit ziet.

Slide 37 - Diapositive

In het noorden zijn er meer jongeren dan ouderen.

Dat komt omdat het noorden een armere regio is.

In arme gebieden ligt het geboortecijfer hoog

Verklaar de bevolkingsopbouw in het noorden van Brazilië (3p).

- vertel hoe de bevolkingsopbouw eruit ziet.
- leg in twee stappen uit waardoor die bevolking er zo uit ziet.

Slide 38 - Diapositive

Twee beweringen:
1. Het noordoosten van Brazilië heeft een vestigingsoverschot
2. Veel Brazilianen vertrekken naar het noordwesten van Brazilië
A
Beide beweringen zijn juist
B
Beide beweringen zijn onjuist
C
Bewering 1 is juist, 2 onjuist
D
Bewering 1 is onjuist, 2 juist

Slide 39 - Quiz

Sociale ongelijkheid en etniciteit
In zijn algemeenheid bestaat er in Brazilië een verband tussen etniciteit en huidskleur en rijkdom. Doorgaans geldt dat zwarte mensen, evenals de oorspronkelijke bewoners, minder maatschappelijke kansen hebben en hierdoor kampen met achterstanden in gezondheid, opleiding en inkomen.
Het racisme gaat terug tot de koloniale tijd toen veel tot slaaf gemaakte Afrikanen naar Brazilië zijn gebracht. Hun nakomelingen hebben nog steeds een lagere positie in de samenleving. Ook daaropvolgende migratiegolven hebben bijgedragen aan de grote
etnische en culturele diversiteit in het land. Het proces waarbij al die verschillende bevolkingsgroepen zich met elkaar hebben gemengd, noemen we mestizering.

 Het maakt dat Brazilië een zeer kleurrijke, multiculturele en gemengde samenleving heeft.

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Diapositive

Aan de slag
- Maken en lezen paragraaf 3.5 (route C?)
- Box ongelijkheid Brazilië al gedaan?
- Maak een start met de examentraining (ná 3.6)

Slide 42 - Diapositive