Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Oefentoets - H8
Formules
Slide 1 - Diapositive
Let op!
Schrijf je berekeningen in je schrift.
Deze hoef je niet in te voeren.
Bij het proefwerk zul je de berekeningen natuurlijk wel op moeten schrijven.
Slide 2 - Diapositive
Welke regelmaat zie je in de tabel?
Slide 3 - Question ouverte
Neem de tabel over en vul verder in.
Slide 4 - Question ouverte
Hoe hoog is de plant na 10 weken?
Slide 5 - Question ouverte
Karin werkt bij de AH. Ze krijgt een vast bedrag van €3,50. Per uur verdient ze €4,50. Neem de tabel over en vul in. Voeg een foto van je tabel toe.
Slide 6 - Question ouverte
Teken de grafiek bij de tabel van de vorige vraag.
Slide 7 - Question ouverte
Gegeven is de formule: huurprijs in € = 14 + 3t Bereken t = 4, t = 7 en t = 15 Klik op enter na ieder antwoord.
Slide 8 - Question ouverte
Bij het branden van een blauwe kaars hoort de volgende formule: hoogte in cm = 28 - 3t t: tijd in uren Hoe hoog is de kaars als hij nog niet is aangestoken?
Slide 9 - Question ouverte
Bij het branden van een blauwe kaars hoort de volgende formule: hoogte in cm = 28 - 3t t: tijd in uren Wat is het daalgetal?
Slide 10 - Question ouverte
Bij het branden van een blauwe kaars hoort de volgende formule: hoogte in cm = 28 - 3t t: tijd in uren Een gele kaars is 3 cm langer dan de blauwe kaars. De gele kaars brandt per uur 0,5 cm sneller dan de blauwe kaars. Maak de nieuwe formule.
Slide 11 - Question ouverte
Bij de volgende vraag heb je deze grafiek nodig.
Slide 12 - Diapositive
De grafiek gaat over de kerosine in een vliegtuig na het aantal uren vliegen. Maak de formule bij de grafiek.
Slide 13 - Question ouverte
Bij de volgende vraag heb je deze grafiek nodig.
Slide 14 - Diapositive
De grafiek gaat over het gewicht van een ree. Bereken het stijggetal.
Slide 15 - Question ouverte
Bij de volgende vraag heb je deze grafiek nodig.
Slide 16 - Diapositive
De grafiek gaat over het gewicht van een geit per maand. Maak de formule bij de grafiek.
Slide 17 - Question ouverte
Finn wil een vrachtwagen huren. Wat is het begingetal?
Slide 18 - Question ouverte
Wat is het stijggetal?
Slide 19 - Question ouverte
Maak de formule bij de tabel.
Slide 20 - Question ouverte
Finn rijdt 275 km met de vrachtwagen. Hoeveel moet hij betalen?