JTH1E-20 december

JTH1E, mercredi 20 decembre
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
FransVoortgezet speciaal onderwijsMiddelbare schoolvwoLeerroute VLeerjaar 1,3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

JTH1E, mercredi 20 decembre

Slide 1 - Diapositive

<<<Programma les>>>
Uitleg ne... pas... werkwoorden ER (10 min) 
Zelfstandig oefenen
(20 minuten)
Quiz de Noël (10 min)
Fin et réflection (5 minutes)
Wat gaan we doen?
Hoofdstuk 2 -
1. Terugblik -  (5 minutes)
2. Extra uitleg grammatica (10 minutes. Le pont: hoofdstuk 4
2. Zelfstandig oefenen (20 minutes)
3. Quiz de noël (10 minuten)

Doelen?
- ik ken de grammatica van het hoofdstuk (ontkenning en ER-werkwoorden) en kan het in een zin gebruiken
- ik ben voorbereid op de het proefwerk
- ik ken Franse kerstdingen
Hoe?
klassikaal en in duo's
Hulp nodig?
Woordenlijst A (pagina 128)
De docent
Wat heb je gedaan?
Alle oefeningen van hoofdstuk 2 gedaan
Start gemaakt met woordjes leren OF start gemaakt met BILAM
Eerder klaar?

Slide 2 - Diapositive

Retour - ne pas
Maak ontkennend. Pak je schrift en schrijf op.


  • Je comprends le prof 
  • J'écoute la radio
  • Nous regardons le télé 

Slide 3 - Diapositive

Retour - ne pas

  • Je ne comprends pas le prof
  • Je n'écoute pas la radio
  • Nous ne savons pas

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Retour
Vervoeg met de goede vorm van het werkwoord op ER. Pak je schrift en schrijf het daarin op
  • Luc ..........(adorer) les pizzas 
  • Vous .........(aimer) les moules frites.
  • On ..............(demander) l'addition (de rekening)
  • Lize et Luc......... (donner) le chat son repas.

Slide 6 - Diapositive

Retour- zie pagina 72

  • Luc adore les pizzas 
  • Vous aimez les moules frites.
  • On demande l'addition (de rekening)
  • Lize et Luc donnent le chat son repas.

Slide 7 - Diapositive

<<<Programma les>>>
Uitleg ne... pas... werkwoorden ER (5 min) 
Zelfstandig oefenen
(10 minuten)
Blooket de Noël (10 min)
Fin et réflection (5 minutes)
Wat gaan we doen?
Hoofdstuk 4
ex. 10A& 10 B (p. 143)
ex. 11A & 11B (p.145)
Doelen?
- ik ken de grammatica van het hoofdstuk en kan het toepassen
- ik ben voorbereid op de het proefwerk
Hoe?
klassikaal en in duo's
Hulp nodig?
Pagina 93, grammatica
Wat heb je gedaan?
de oefening 10 & 11

Slide 8 - Diapositive

Wat is het Franse woord voor "kerstboom"?
A
le baum de noël
B
le sapin de noël
C
l'arbre de noël
D
la tree de noël

Slide 9 - Quiz

Wat betekent 'Joyeux Noël?'
A
Gelukkig nieuwjaar
B
Fijne verjaardag
C
Vrolijke Kerst
D
Vrolijk Pasen

Slide 10 - Quiz

Waar of niet waar: in Frankrijk is het traditie om te gourmetten op kerstavond.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Hoe heet de Kerstman in Frankrijk?
A
Le papi Noël
B
Le père Noël
C
Le saint Noël
D
Le monsieur Noël

Slide 12 - Quiz

Wat gaf Frankrijk in 1886 als kerstcadeau aan de VS?
A
Een treinlading sinaasappelen
B
Het Coca-Cola recept
C
De Brooklyn Bridge
D
Het vrijheidsbeeld

Slide 13 - Quiz

De quelle couleur est
un sapin de Noël (kerstboom)?
A
vert
B
jaune
C
bleu
D
blanc

Slide 14 - Quiz


On décore le ... avec des ... 
A
l'arbre de Noël / décorations
B
sapin / bûches
C
l'arbre de Noël / guirlandes et des balles
D
sapin / guirlandes et des boules

Slide 15 - Quiz

Waar of niet waar: het is in Frankrijk verboden om zelf vuurwerk af te steken met oud en nieuw
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

Qu'est-ce qu'on dit le 31 décembre à minuit?
A
Joyeux Noël!
B
Bon anniversaire!
C
Bonne année!

Slide 17 - Quiz

Fin et réflexion

Huiswerk

Vocabulaire et phrases-clés
Leren woordjes E - twee rijtjes (p. 91) 
Leren eerste rijtje F 



Slide 18 - Diapositive