Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
0
Slide 2 - Vidéo
Lesdoelen
Je weet wat exponentieel verband is...
Hoe je een exponentieel verband herkent
Hoe je dit kunt toepassen
Hoe je een groeifactor kunt berekenen
Je kent de formule voor Exponentieël verband
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Bij een exponentieel verband hoort een groeifactor van 5,4.
A
De hoeveelheid
neemt toe.
B
De hoeveelheid
neemt af.
Slide 6 - Quiz
Bij een exponentieel verband hoort een groeifactor van 0,3.
A
De hoeveelheid
neemt toe.
B
De hoeveelheid
neemt af.
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Diapositive
Hoeveel besmettingen zijn er in de tweede ronde?
A
10
B
23
C
53
D
86
Slide 9 - Quiz
Hoeveel besmettingen zijn er in de zevende ronde?
A
1480
B
2124
C
3405
D
2960
Slide 10 - Quiz
Hoeveel besmettingen zijn er na 4 rondes geweest?
Slide 11 - Question ouverte
Slide 12 - Diapositive
Wat is het reproductiegetal (groeifactor) tussen 850 en 1684 besmettingen? Rond af op twee decimalen.
Slide 13 - Question ouverte
Wat is het reproductiegetal (groeifactor) tussen 1684 en 3000 besmettingen? Rond af op twee decimalen.
Slide 14 - Question ouverte
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Bij welke tabel is er sprake van een lineair verband?
A
B
C
D
Slide 18 - Quiz
Maak bij deze tabel een formule.
Slide 19 - Question ouverte
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Diapositive
Exponentieel verband
- Formule:
- Grafiek: vloeiende kromme
Slide 25 - Diapositive
Exponentieel verband en %
De standaard formule voor een exponentieel verband:
Exponentieel verband gaat vaak over rente of zielige diertjes.
Let goed op hoe je moet afronden!
uitkomst=begingetal⋅groeifactortijd
Slide 26 - Diapositive
Exponentieel verband?
Stel de formule op voor de onderstaande tabel.
S
0
1
2
3
5
6
T
10
30
90
270
810
2.430
Slide 27 - Diapositive
Laura stort €500 op een spaarrekening. Zij zet het geld voor 10 jaar 'vast'. De bank geeft haar ieder jaar 4% rente. De rente wordt elk jaar bijgeschreven op haar rekening. Bereken de factor bij 4% rente.
Slide 28 - Question ouverte
Laat met een berekening zien dat na zes uren nog ongeveer 7,83 liter lucht in de ballon zit. (inhoud was 10L , afname 4% per uur)
Slide 29 - Question ouverte
Jannet heeft € 880, - op een spaarrekening staan. De bank geeft 0,3% rente. Bereken de rente na 8 maanden