ISK 6 14-5 Kleding.

• Nederlands
• ISK

ISK 6 14-5 Kleding.

Nederlands!

Hoe gaat het met jullie vandaag?

😀 🙂 😐 ☹️ 😡

Aan het einde van de les

1. Kan ik vragen naar de kleding van mijn buurman/vrouw

woordenlijst

1. leuk

2. petje

3. het zadel

4. de fietsbel

Nederlands!

Aan het einde van de les

1. Heb ik naar de opdracht geluisterd

2. Heb ik geoefend met tegenstellingen

woordenlijst

1. smal

2. breed

3. passen

4. de paskamer

Kijkvraag

Waarom wil de klant een andere broek?

Tegenstellingen:

Een tegenstelling is het tegenovergestelde. 

Niet groot MAAR klein. 

Voorbeeld:

1.  Ik eet te veel. Ik heb een dikke buik.

Jij eet niet veel, jij hebt een .............. buik. 

2. Jij gaat niet naar buiten, maar naar ..............

3. De zon schijnt, het is niet koud. Maar .............

4. De zon schijnt, het is niet donker. Maar .............

www.jufmelis.nl

Nederlands!

Aan het einde van de les

1. Heb ik geoefend met goed of fout. 

Spel; Waar of niet waar

Jullie worden ingedeeld in 4 groepen. 

Ik zeg een zin.

Jullie moeten zeggen of deze zin Waar of Niet waar is.

Jullie mogen met elkaar over praten.

Na 30 seconden moeten jullie antwoord geven. 

Nederlands!

Aan het einde van de les

1. Heb ik geoefend met de taalrap over kleding

koorlezen taalrap

1. Pak de taalrap uit de kast

2. We gaan nu samen de taalrap lezen.

Pak de taalrap uit de kast

1. Verdeel jullie in 2 groepen. 

2. Groep 1 doet de oneven getallen. Groep 2 doet de even getallen.