tijden werkwoord

Het Latijn kent een tegenwoordige tijd (praesens) en drie verleden tijden: imperfectum, perfectum en plusquamperfectum.

1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Het Latijn kent een tegenwoordige tijd (praesens) en drie verleden tijden: imperfectum, perfectum en plusquamperfectum.

Slide 1 - Diapositive

Imperfectumvormen hebben dezelfde stam als praesensvormen.
Perfectum- en plusquamperfectumvormen worden gemaakt met een andere stam: de perfectumstam. 
Algemene regel perfectumstam:
a-stammen: praesensstam + v
e-stammen: praesensstam met u i.p.v. e
i-stammen: praesensstam + v
overige -> vanbuiten leren! (zie woordenlijst + grammatica)

Slide 2 - Diapositive

Voorbeelden:

de perfectumstam van voca-re is vocav-
de perfectumstam van terre-re is terru-
de perfectumstam van audi-re is audiv-
de perfectumstam van mk stam wkw is onreg
bijv. consistere is constit-
de perfectumstam van de onreg wkw is onreg





bijv. fu- (esse) en potu- (posse)

Slide 3 - Diapositive

uitgangen praesens:
o, s, t, mus, tis, nt

kenletters + uitgangen imperfectum:
ba+ (m, s, t, mus, tis, nt)

uitgangen perfectum:
i, isti, it, imus, istis, erunt

kenletters + uitgangen plusquamperfectum:
era + (m, s, t, mus, tis, nt)

Slide 4 - Diapositive

Let bij de vertaling van een tekst goed op de juiste
vertaling van de werkwoordsvormen.
praesens: tt (ik loop)
imperfectum: ovt (ik liep)
perfectum: vtt (ik heb gelopen) of ovt (ik liep)
plusquamperfectum: vvt (ik had gelopen)

Slide 5 - Diapositive

Welke tijd heeft 'audiverat'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 6 - Quiz

Welke tijd heeft 'timuit'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 7 - Quiz

Welke tijd heeft 'audit'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 8 - Quiz

Welke tijd heeft 'eramus'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 9 - Quiz

Welke tijd heeft 'regebatis'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 10 - Quiz

Welke tijd heeft 'potuerat'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 11 - Quiz

Welke persoon heeft 'audivistis'?
A
1e persoon mv
B
2e persoon mv
C
3e persoon ev
D
2e persoon ev

Slide 12 - Quiz

Vertaal: Femina servum videt

Slide 13 - Question ouverte

Vertaal: Femina servum viderat

Slide 14 - Question ouverte

Vertaal: Femina servum vidit

Slide 15 - Question ouverte

Vertaal: Femina servum videbat

Slide 16 - Question ouverte

De vertaling 'wij zagen' hoort bij
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 17 - Quiz

De vertaling 'wij waren gekomen' hoort bij
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 18 - Quiz

De vertaling 'hij had gekund' hoort bij
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 19 - Quiz

De vertaling 'ik ben geweest' hoort bij
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 20 - Quiz

Wat is de perfectumstam van salutare?
A
saluta-
B
salutav-

Slide 21 - Quiz

Hoe maak je van de praesensstam iace- een perfectumstam?
A
iacu-
B
iacev-

Slide 22 - Quiz

fueram is een plusquamperfectum-vorm van het werkwoord .....

Slide 23 - Question ouverte

poteram is een imperfectumvorm van het werkwoord .....

Slide 24 - Question ouverte

Van welk werkwoord is 'vici' het perfectum?

Slide 25 - Question ouverte

Aan welke letters kunnen we het perfectum herkennen?
A
v
B
u
C
v & u
D
v & e

Slide 26 - Quiz

Wat is geen perfectum?
A
potuimus
B
vocavistis
C
fuit
D
terret

Slide 27 - Quiz

iacui is het perfectum van?

Slide 28 - Question ouverte

Wat is het perfectum van vincere?
A
vici
B
vinci
C
vinxi
D
vincui

Slide 29 - Quiz

Achter de perfectumstam komen de uitgangen van het perfectum actief. Wat zijn die uitgangen?

Slide 30 - Question ouverte

Welk van deze vormen is een plusquamperfectum?
A
video
B
videre
C
videmus
D
videras

Slide 31 - Quiz

het plusquamperfectum herken je aan
A
vi
B
i
C
ba
D
era

Slide 32 - Quiz

Welke vorm is een plusquamperfectum?
A
clamat
B
clamaverat
C
audiebat
D
audivit

Slide 33 - Quiz

Het plusquamperfectum is gelijk aan de
A
onvoltooid verleden tijd
B
voltooid verleden tijd
C
onvoltooid tegenwoordige tijd
D
voltooid tegenwoordige tijd

Slide 34 - Quiz

welke vorm is plusquamperfectum?
A
audivistis
B
superat
C
vici
D
timuerant

Slide 35 - Quiz

Praesens
Imperfectum
Perfectum
Plusquam- perfectum
Sleep de juiste stam naar de juiste tijd!
Praesensstam
Praesensstam
Perfectum stam
Perfectum stam

Slide 36 - Question de remorquage

met welke stam maak je een plusquamperfectum?

Slide 37 - Question ouverte

Welke vorm is plusquamperfectum?
timer
0:30
A
vocavi
B
vocamus
C
vocaverant
D
vocares

Slide 38 - Quiz

Wat zijn de kenmerkende letters van het plusquamperfectum?
timer
0:30

Slide 39 - Question ouverte

fueram is een plusquamperfectum-vorm van het werkwoord .....

Slide 40 - Question ouverte

Het plusquamperfectum kun je herkennen aan de
A
perfectumstam
B
persoonsuitgangen
C
perfectumstam + era + persoonsuitgangen
D
perfectumstam + eva + persoonsuitgangen

Slide 41 - Quiz

spectavimus
spectavisti
spectavit
spectavi
spectavistis
spectaverunt
zij keken
jij keek
jullie keken
wij keken
hij keek
ik keek

Slide 42 - Question de remorquage

Zorg dat je de werkwoordsvormen herkent, dus leer de
hoe je de regelmatige perfectumstammen vormt en leer de perfectumstammen van de onreg wkw vanbuiten! (woordenlijst vanaf les 11 )

Zorg dat je weet hoe je de verschillende tijden vertaalt.

Slide 43 - Diapositive