5.1 Planten bekijken

Periode 4 - PTO 4
Hoofdstuk 5: Planten
Hoofdstuk 6: Je groene omgeving 
+ Praktische opdracht
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Periode 4 - PTO 4
Hoofdstuk 5: Planten
Hoofdstuk 6: Je groene omgeving 
+ Praktische opdracht

Slide 1 - Diapositive

Wat weten jullie van planten?

Slide 2 - Diapositive

5.1 Planten bekijken
in deze paragraaf leer je:
  • de organen (met de functies) van de plant 
  • de onderdelen van een plantencel en de functies
  • het watertransport in een plant

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

organen plant
  • orgaan = een deel van je lichaam met een eigen taak. 
  • elk deel heeft een eigen taak bij een plant. 

Slide 5 - Diapositive

 Functies wortels
1. water uit de grond zuigen
2. in het water zitten meststoffen (mineralen). hierdoor kan de plant groeien
3. stevig vast zitten in de grond. (je trekt een plant er niet zomaar uit) 

Slide 6 - Diapositive

Functie stengel
1. houdt de plant overeind
2. er zitten buisjes in die water en stoffen kan vervoeren. Het kan vanuit de wortels naar de bloemen of bladeren, maar ook andersom

Slide 7 - Diapositive

Functies blad
In blaadjes lopen de nerven  
1. nerven zorgen voor vervoer van water en stoffen.
2. de nerven geven stevigheid aan het blad.
3. in het bladmoes maken de bladeren voedingsstoffen

Slide 8 - Diapositive

Functies bloemen
1. Bloemen zijn voor de voortplanting. Er groeien zaden in. 
2. Uit de zaden groeien nieuwe planten.

Slide 9 - Diapositive

een plantencel

Slide 10 - Diapositive

Celwand & Celmembraan
  •  Celwand (bruine dikkige laag): een stevige laag om de cel ook voor de vorm.
  • Celmembraan (grijzige dunne laag): een vlies om het cytoplasma. Het celmembraan regelt welke stoffen de cel in- en uitgaan.

Slide 11 - Diapositive

cytoplasma & celkern 
Cytoplasma: een stroperige vloeistof. In het cytoplasma liggen de celkern en bladgroenkorrels. 

Celkern: een klein bolletje in de cel. De celkern regelt alles wat er in de cel gebeurt.

Slide 12 - Diapositive

Vacuole
  • Een blaasje in het midden van de cel dat ‘volgepompt’ is met water. Daardoor is de cel stevig. 
  • Heeft de plant niet genoeg water dan is de cel niet meer stevig en plant slap.

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

bladgroenkorrels
Groene bolletjes in het cytoplasma. 

Je ziet ze in de afbeelding duidelijk zitten. Alle bladgroenkorrels samen geven de plant haar groene kleur. De bladgroenkorrels maken voedingsstoffen voor de plant.

Slide 15 - Diapositive

transport in de plant

Slide 16 - Diapositive

Water opnemen
Vanuit de wortels nemen planten water op. 
Dit doen ze met de wortelharen.

Via vaten gaat het water (met mineralen).
vaten zijn dunne buisjes, beginnen in de 
wortels en eindigen bij de bladnerven.
Ze liggen in groepjes en heten vaatbundel. 

Slide 17 - Diapositive

Waterstroom
1. Via de vaatbundels gaat het water naar de bladeren. 
2.In de bladeren zitten huidmondjes. Water rond de huidmondjes kan verdampen.
3. De cel krijgt weer water van andere 
cellen en uit de vaatbundels/nerven.
4. er wordt water opgenomen met de 
wortels. zo stroomt het door!!

Slide 18 - Diapositive

Huidmondjes
kunnen open en dicht, dat ligt aan het weer. Als dat niet zo was verliest de plant teveel water.

warm en droog weer --> dicht
regenachtig en nat weer --> open

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo