04 Wegen van overgave - islam - les 4

Rituelen en de 5 zuilen
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
GodsdienstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Rituelen en de 5 zuilen

Slide 1 - Diapositive

In het museum staan ook islamitische voorwerpen. De islam is na het jodendom en het christendom het jongste monotheïstische geloof. Monotheïstisch betekent geloof in één God. Deze drie godsdiensten zijn aan elkaar verwant, omdat ze de persoon Abraham als aartsvader erkennen. Islamitische mensen noemen zichzelf moslims. Een moslim is iemand die gelooft dat God of ‘Allah’ de enige god is en dat de profeet Mohammed (1400 jaar geleden) de boodschappen van Allah aan de mensen heeft doorgegeven. Er leven op de hele wereld meer dan een miljard moslims. 

Huiswerk 
Het huiswerk voor vandaag is het volgende:
- lezen pagina's 19 tot en met 25
- maken de opdrachten 1 t/m 3 van het werkboek

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
  • Je kunt uitleggen wat rituelen zijn
  • Je kent de overgangsrituelen uit de islam en kunt deze vergelijken met de overgangsrituelen in het christendom
  • Je kent de 5 zuilen van islam
  • Je kunt bij elke zuil tenminste 3 kenmerken noemen

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Rituelen

Slide 4 - Diapositive

In het museum staan ook islamitische voorwerpen. De islam is na het jodendom en het christendom het jongste monotheïstische geloof. Monotheïstisch betekent geloof in één God. Deze drie godsdiensten zijn aan elkaar verwant, omdat ze de persoon Abraham als aartsvader erkennen. Islamitische mensen noemen zichzelf moslims. Een moslim is iemand die gelooft dat God of ‘Allah’ de enige god is en dat de profeet Mohammed (1400 jaar geleden) de boodschappen van Allah aan de mensen heeft doorgegeven. Er leven op de hele wereld meer dan een miljard moslims. 

Rituelen, wat heb je eraan?

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 Christelijke rituelen
  • Wat zijn rituelen? 
  • Rituelen zijn symbolische handelingen
  • Lees blz. 19 van je boek

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Godsdienstig ritueel
  • woorden: "Ik doop je..."
  • daden: water over hoofd, zegen
  • symbool: water
  • diepere betekenis: water = schoon zijn van slechte dingen
  • band: bij God en de christenen horen

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Beroemde symbolen
Welke symbolen herken je? Schrijf ze op.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Rituelen
pagina 20 t/m 22

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geboorte rituelen


Oproep tot gebed
7e dag
Besnijdenis

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Haar afscheren
Dit wordt op de 12e dag na de geboorte gedaan.

Het haar is onrein want het is tijdens de bevalling met bloed in aanraking geweest.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Besnijdenis
  • Tussen 2e en 10e levensjaar wordt een jongetje besneden.
  • Hij wordt dan gezien als echte moslim.
  • Hygiene 

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huwelijk
Bescherming
Gezondheidsreden
Verplicht
Religieus huwelijk

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoofd richting Mekka
  • Liever in hun geboorteland worden begraven.
  • Zo snel mogelijk, (binnen 24 uur) zonder kist begraven. 
  • Nooit cremeren
  • Vrouwen zijn vaak niet aanwezig bij begrafenis

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

de vijf zuilen 
pagina 23 t/m 25

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

5 zuilen

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

5 zuilen
Geloofsbelijdenis (Sjahada)
Het gebed (Salat)
De armenbelasting (Zakat)
Het vasten (Saum)
De bedevaart naar Mekka (Hadj)

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Islam
Zo goed mogelijk leven om in het paradijs te komen.

Dit doe je door je aan de 5 zuilen te houden.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geloofsbelijdenis(sjahada)
  • Belijden(uitspreken/geloven)
  • Kort en krachtig
  • geboorte ritueel

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2. Salaat
Vooraf - Gewassen en schoenen uit
  • Verplicht vijf keer per dag.
  • Verschillende houdingen na elkaar
  • Teksten uit de koran (arabisch)
  • Op een gebedskleed
  • In de richting van Mekka 

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3. zakaat
  • Reinigen van de ziel  en moslims in nood te helpen.
  •  Niet meer vrijwillig, minimaal 2.5% van het inkomen.
  • Doel:  niet gierig te zijn en het verschil tussen arm en rijk blijft relatief klein.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke uitspraak is niet waar?
A
De Hadj is de bedevaart naar Mekka
B
Door Zakat wordt de moslim 5 x per dag aan God herinnerd.
C
Islam betekent overgave
D
Door de Saum weet de Moslim zich verbonden met de armen van de wereld.

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

5. Hadj
  •  Verplichting voor iedere gezonde volwassen moslim 
  • Hadji, moslim die een hadj gedaan heeft.
  • Naast de Hadj bestaat er ook nog de Umrah (de kleine bedevaart) . 

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nakijken opdracht 3

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke uitspraak is niet waar?
A
De Hadj is de bedevaart naar Mekka
B
Door Zakat wordt de moslim 5 x per dag aan God herinnerd.
C
Islam betekent overgave
D
Door de Saum weet de Moslim zich verbonden met de armen van de wereld.

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk van deze zijn overgangsrituelen?
A
Verjaardag
B
Doop
C
Begrafenis
D
Naar school gaan

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat is niet een van de vijf zuilen 
van de islam?
A
Eén keer in je leven naar Mekka gaan
B
Vaak naar de moskee gaan
C
Geld geven aan arme mensen
D
Vijf keer per dag bidden

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom zijn niet alle graven in Nederland geschikt voor moslims?
A
Ze moeten worden begraven met hun voeten richting Mekka.
B
De grond is soms onrein.
C
Ze moeten worden begraven met hun hoofd richting Mekka.
D
De grond is niet Islamitisch.

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

waarom wordt in de islam het huwelijk sterk aangeraden?
A
iedereen moet toch gewoon trouwen
B
wanneer een persoon trouwt, heeft hij de helft van zijn religie voltooid
C
wanneer een persoon trouwt, heeft hij alles van zijn religie voltooid

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel dagen na de geboorte krijgt een islamitisch kind zijn naam
A
Direct na de geboorte
B
Op de 2e dag
C
Op de 7e dag
D
Op de 10e dag

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer ben je officieel een moslim?
A
Als je bij je geboorte de geloofsbelijdenis krijgt ingefluisterd
B
Als je de geloofsbelijdenis zegt voor twee getuigen
C
Als je naar de moskee gaat
D
Als je dat in je hart besloten hebt

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is Hadj
A
Suikerfeest
B
Besnijdenis
C
Pelgrimstocht
D
Halal eten

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat is de zakaat?


A
De bedevaart
B
De geloofsbelijdenis
C
De armenbelasting
D
Het rituele gebed

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat is een ander woord voor geloofsbelijdenis?
A
salat
B
shahada
C
ramadan
D
zakaat

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is Hadj
A
Suikerfeest
B
Besnijdenis
C
Pelgrimstocht
D
Halal eten

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
Het huiswerk voor de volgende les is het volgende:
- lezen pagina's 26 tot en met 32
- maken de opdrachten 4 t/m 6 van het werkboek (H. 2)

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions