H9 Negatieve getallen (paragraaf 1+2)

H9 Negatieve getallen
Les 1
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

H9 Negatieve getallen
Les 1

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
• Aan het einde van de les weet de leerling wat een negatief getal is.
• Aan het einde van de les weet de leerling waar negatieve getallen staan op de getallenlijn. 
• Aan het einde van de les kan de leerling aangeven of er tussen getallen groter dan, kleiner dan of gelijk moet staan.
• Aan het einde van de les kan de leerling het tegengestelden getal benoemen.
• Aan het einde van de les weet de leerling hoe je negatieve getallen kunt optellen


Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Positieve en negatieve getallen



  • De negatieve getallen liggen links van nul.
  • De positieve getallen liggen rechts van nul.
  • Nul is niet positief en niet negatief.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Theorie
> : groter dan
< : kleiner dan

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Theorie
Twee getallen die op dezelfde afstand aan beide kanten van de nul liggen noem je elkaars tegengestelden
3 is het tegengestelden van -3
-3 is het tegengestelden van 3

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

4...3
A
>
B
<
C
=

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

-7...-4
A
>
B
<
C
=

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

-5,2...-
551
A
>
B
<
C
=

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

-6,78...-6,5
A
>
B
<
C
=

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het tegengestelden van 6?

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het tegengestelden van -7,5?

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Optellen met negatieve getallen

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Optellen met negatieve getallen
We gaan op bezoek bij een heks. Ze heeft blokjes om de temperatuur in een ketel te regelen. Ze gebruikt warme en koude blokjes. Als er evenveel warme als koude blokjes in de ketel zitten is de temperatuur 0 C. Bij elk blokje veranderd de temperatuur met 1 C  
°
°
Warme blokjes
Koude blokjes

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld 1
In de ketel van de heks zitten 5 warme blokjes

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld 1
De heks voegt daarna drie koude blokjes toe
Hoe warm is het water nu?

Slide 15 - Diapositive

Je gaat op bezoek bij een heks. Ze heeft blokjes om de temperatuur in een ketel te  regelen. Ze gebruikt warme en koude blokjes. Als er evenveel warme als koude blokjes in de ketel zitten is de temperatuur 0 graden celcius. 
Voorbeeld 1
Hoe warm is het water nu?
5+-3=2

Slide 16 - Diapositive

Je gaat op bezoek bij een heks. Ze heeft blokjes om de temperatuur in een ketel te  regelen. Ze gebruikt warme en koude blokjes. Als er evenveel warme als koude blokjes in de ketel zitten is de temperatuur 0 graden celcius. 
Voorbeeld 2
In de ketel van de heks zitten 11 warme blokjes

Slide 17 - Diapositive

Je gaat op bezoek bij een heks. Ze heeft blokjes om de temperatuur in een ketel te  regelen. Ze gebruikt warme en koude blokjes. Als er evenveel warme als koude blokjes in de ketel zitten is de temperatuur 0 graden celcius. 
Voorbeeld 1
In de ketel van de heks zitten 9 warme blokjes

Slide 18 - Diapositive

Je gaat op bezoek bij een heks. Ze heeft blokjes om de temperatuur in een ketel te  regelen. Ze gebruikt warme en koude blokjes. Als er evenveel warme als koude blokjes in de ketel zitten is de temperatuur 0 graden celcius. 
Voorbeeld 2
In de ketel van de heks zitten 5 koude blokjes

Slide 19 - Diapositive

Je gaat op bezoek bij een heks. Ze heeft blokjes om de temperatuur in een ketel te  regelen. Ze gebruikt warme en koude blokjes. Als er evenveel warme als koude blokjes in de ketel zitten is de temperatuur 0 graden celcius. 
Voorbeeld 2
Hoe warm is het water nu?
De heks haalt er daarna 12 koude blokjes uit

Slide 20 - Diapositive

Je gaat op bezoek bij een heks. Ze heeft blokjes om de temperatuur in een ketel te  regelen. Ze gebruikt warme en koude blokjes. Als er evenveel warme als koude blokjes in de ketel zitten is de temperatuur 0 graden celcius. 
Voorbeeld 1
De heks haalt er daarna 13 warme blokjes uit
Hoe warm is het water nu?

Slide 21 - Diapositive

Je gaat op bezoek bij een heks. Ze heeft blokjes om de temperatuur in een ketel te  regelen. Ze gebruikt warme en koude blokjes. Als er evenveel warme als koude blokjes in de ketel zitten is de temperatuur 0 graden celcius. 
Voorbeeld 2
De heks voegt daarna 17 koude blokjes toe
Hoe warm is het water nu?

Slide 22 - Diapositive

Je gaat op bezoek bij een heks. Ze heeft blokjes om de temperatuur in een ketel te  regelen. Ze gebruikt warme en koude blokjes. Als er evenveel warme als koude blokjes in de ketel zitten is de temperatuur 0 graden celcius. 
Hoe warm is het water?
A
37
B
6
C
-6
D
-2

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld 2
11+-17=-6
Hoe warm is het water nu?

Slide 24 - Diapositive

Je gaat op bezoek bij een heks. Ze heeft blokjes om de temperatuur in een ketel te  regelen. Ze gebruikt warme en koude blokjes. Als er evenveel warme als koude blokjes in de ketel zitten is de temperatuur 0 graden celcius. 
Voorbeeld 3
In de ketel van de heks zitten 7 koude blokjes

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld 3
De heks voegt daarna 12 koude blokjes toe
Hoe warm is het water nu?

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe warm is het water?
A
19
B
-5
C
5
D
-19

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld 3
Hoe warm is het water nu?
-5+-12=-17

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Theorie
  • Als er in de som +- staat, dan haal je het getal eraf 
  • Als je bij een getal een positief getal optelt, dan wordt het begingetal groter
  • Als je bij een getal een positief getal optelt, dan wordt het begingetal groter

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelfstandig werken
Wat? Paragraaf 9.1 opgave 2,3,5,6
Paragraaf 9.2 opgave 8,9,10,12,13,15
Hoe? In tweetallen overleggen en eventueel aan de docent vragen.
Hulp? Je kan ons vragen stellen.
Tijd? ... minuten.
Uitkomst? Nakijken in het antwoordenboekje. Rode krul als goed, rood verbeterd als fout en puzzelen hoe je op het juiste antwoord kan komen.
Klaar? Paragraaf 9.2 opdracht 16

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is -7+-5
A
-2
B
-12
C
-8
D
2

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is 19+-31
A
-40
B
-12
C
-11
D
40

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
• Aan het einde van de les weet de leerling wat een negatief getal is.
• Aan het einde van de les weet de leerling waar negatieve getallen staan op de getallenlijn. 
• Aan het einde van de les kan de leerling aangeven of er tussen getallen groter dan, kleiner dan of gelijk moet staan.
• Aan het einde van de les kan de leerling het tegengestelden getal benoemen.
• Aan het einde van de les weet de leerling hoe je negatieve getallen kunt optellen


Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
Paragraaf 9.1 opgave 2,3,5,6
Paragraaf 9.2 opgave 8,9,10,12,13,15,16

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions