2223 Werkwoorden les 1

1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsHoger onderwijs

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Wat komt in je op als je aan werkwoordspelling denkt?

Slide 3 - Question ouverte

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Lien

Heb je de foto's al ... bij de fotograaf?
A
gedownload
B
gedownloat
C
downgeload
D
downgeloat

Slide 33 - Quiz

Eerst .... de speurders dat hij de moord had gepleeg...
A
vermoede
B
vermoeden
C
vermoedde
D
vermoedden

Slide 34 - Quiz

Eerst vermoedden de speurders dat hij de moord had ...
A
gepleegd
B
gepleegt
C
gepleegdt

Slide 35 - Quiz

De fotograaf ... dat hij vandaag de foto's nog ontwikkel...
A
belooft
B
beloofd
C
beloofdt

Slide 36 - Quiz

De fotograaf belooft dat hij vandaag de foto's nog ...
A
ontwikkelt
B
ontwikkeld
C
ontwikkeldt

Slide 37 - Quiz

Sébastien heeft de hele namiddag gedans..., daarom is hij zo moe.
A
gedanst
B
gedansd
C
gedansdt

Slide 38 - Quiz

Sébastien heeft de hele namiddag gedanst, daarom is hij zo ....
A
vermoeit
B
vermoeid
C
vermoeidt

Slide 39 - Quiz

De leraren ... dat de leerlingen heel erg waren verander...
A
beweerden
B
beweerde
C
beweerdden
D
beweerdde

Slide 40 - Quiz

De leraren beweerden dat de leerlingen heel erg waren ...
A
verandert
B
veranderd
C
veranderdt

Slide 41 - Quiz