HA - week 46 - Les 1 - Onderwerp (1) en woordenschat

Welkom!
Nederlands
Mevrouw Takken, TNL
tnl@jfc.nl
Ma, Di, wo, vrij

Let op: 
Leg je leesboek en je laptop (dicht) op tafel
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom!
Nederlands
Mevrouw Takken, TNL
tnl@jfc.nl
Ma, Di, wo, vrij

Let op: 
Leg je leesboek en je laptop (dicht) op tafel

Slide 1 - Diapositive

- Welkom
- Stillezen
- Start grammatica zinsdelen H2
- Woordenschat H2 - leren/quizlet live

Doel:
- Je kunt de betekenis van een onbekend woord vinden door in de tekst te zoeken naar een beschrijving of uitleg van de betekenis
- je geeft aan wie iets doet in een zin en hoe dat zindeel heet


Wat gaan we doen vandaag:

Slide 2 - Diapositive

Stillezen
timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

Oefenen theorie
Zelf aan de slag

Zo 4 zinnen waarin je zelf iets in moet vullen op de puntjes.
Grammatica zinsdelen

Slide 4 - Diapositive

.................. zullen morgen om drie uur arriveren met het vliegtuig.

Slide 5 - Question ouverte

Over een week presenteert ….............. de resultaten van het onderzoek.

Slide 6 - Question ouverte

Op het schoolfeest zal …...................... tot sluitingstijd blijven.

Slide 7 - Question ouverte

Helaas zakten ....................................… afgelopen jaar voor het examen.

Slide 8 - Question ouverte

a. Linda en Morres zullen morgen om drie uur arriveren met het vliegtuig. 

b. Over een week presenteert de onderzoeker de resultaten van het onderzoek.

c. Op het schoolfeest zal de leukste docent tot sluitingstijd blijven.

d. Helaas zakten 4 leerlingen afgelopen jaar voor het examen.
Wat hebben de dingen op de puntjes met elkaar gemeen?

Slide 9 - Diapositive

Geeft aan wie of wat iets doet in de zin 

Vind hem door deze vraag te stellen:
wie/wat + persoonsvorm (of gezegde)

Het schoolhoofd gaat om drie uur naar huis
PV: Gaat
OW : Wie gaat er? = het schoolhoofd
Onderwerp

Slide 10 - Diapositive

Van de parkeerplaats rijdt de auto weg

Wat is het onderwerp?
A
van de parkeerplaats
B
rijdt
C
de auto
D
weg

Slide 11 - Quiz

De toets is ontzettend goed gemaakt
A
de toets
B
is
C
ontzettend goed
D
gemaakt

Slide 12 - Quiz

Gisteren ging mijn wekker te laat af
A
gisteren
B
ging
C
mijn wekker
D
te laat af

Slide 13 - Quiz

De staart van mijn buurmeisje zit vast tussen haar spaken
A
De staart
B
mijn buurmeisje
C
de staat van mijn buurmeisje
D
haar spaken

Slide 14 - Quiz

Met zijn prachtige stem won de zanger het Eurovisiesongfestival

pv = 
ow = 
Onderwerp

Slide 15 - Diapositive

Met zijn prachtige stem / won / de zanger / het Eurovisiesongfestival.

pv = won
ow = wie won er?
       = de zanger
Onderwerp

Slide 16 - Diapositive

Bij de Koninklijke Landmacht worden veel vacatures aangeboden. 

pv = 
ow = 
Onderwerp

Slide 17 - Diapositive

Bij de Koninklijke Landmacht /worden /veel vacatures /aangeboden. 

pv = worden
ow = wie worden er?
       = veel vacatures
Onderwerp

Slide 18 - Diapositive

Wat:  eigen leerlijn Grammatica - onderwerp
Wanneer: drie lessen 
Hoe: werk netjes. 

Leer voor dinsdag de woordenlijst. (zie planner)
Ga ervan uit dat de SO door gaat!
Aan de slag

Slide 19 - Diapositive

Oefenen via Quizlet.live
Woordenschat oefenen

Slide 20 - Diapositive