Start periode 2: toets bespreken en start beschouwing

1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welkom!


Telefoon in je tas
Pen en papier op tafel


Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Agenda
  • Toets bespreken - algemene feedback + 20 min voor individueel (niet genoeg? = afspraak maken)
  • Periode 2 planning
  • Start periode 2 - beschouwing

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Algemene feedback betoog
Wat ging goed?
- Het verwerken van de casus
- Inhoud uit bronnen verwerken
- Aandachtstrekker & uitsmijter
- Complimenten voor de weerlegging! 
- Documentatiemappen
Wat kan beter?
- Eigen schrijfstijl, niet alles overschrijven uit bronnen
- Bronverwijzing (niet alleen jaartal en schrijver, maar ook de bron noemen)
- AUB - verschil tussen U en B 
- Taal/grammatica (met name zinsopbouw) 

timer
20:00

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

PTO/PTA
We gaan deze periode aan de slag met de tekstsoort beschouwing. Ook gaan we verder met literatuurgeschiedenis. We behandelen in periode 2 de renaissance.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is geen
kenmerk van een beschouwing?
A
Verschillende gezichtspunten
B
Roept discussie op
C
Overtuigen van jouw mening

Slide 6 - Quiz

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.
Wat is geen kenmerk van
de renaissance?
A
Carpe diem
B
Angst voor God/de kerk
C
Slavenhandel

Slide 7 - Quiz

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.
Aan de slag
Hulp?
Geen
Klaar?
We bespreken het zo samen
Opdracht
Wat weet je nog over de tekstsoort 'beschouwing'? Wat zijn kenmerken, doelen, voorbeelden van tekstvormen? Noteer alles wat je nog weet.
timer
4:00

Slide 8 - Diapositive

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen
Beschouwing

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Beschouwing
1. Kwestie / centrale vraag / aandachstrekker

2. Verschillende kanten / antwoorden in een bepaalde structuur
voor- en nadelenstructuur;
verleden-heden-toekomststructuur;
de verklaringstructuur (oorzaak en gevolg);
de probleem-oplossingstructuur;
voorbeeldenstructuur

3. Herhaal de vraag/nieuwe vraag / uitsmijter

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Beschouwing
1. Kwestie: 
Maak voor je zelf een invulling van de vraag: ‘Hoe kan Nederland kan zich in de toekomst tegen probleem X wapenen?’ Neem een probleem waar je echt wel een mening over hebt: de oplossing weet je eigenlijk al;

2. Verschillende kanten:
Kies twee gebeurtenissen uit de afgelopen tijd die de lezer heel goed over dat probleem X informeren. Welke gebeurtenis geeft de lezer te denken dat Nederland zich hoe dan ook niét tegen probleem X kan wapenen, welke gebeurtenis geeft de lezer te denken dat het wél kan? Beschrijf de twee gebeurtenissen; dit is het begin van je beschouwing;

3. Herhaal de vraag óf een nieuwe vraag:
Schrijf een afronding van je beschouwing waarin je laat doorschemeren welke gebeurtenis voor jou het belangrijkst is, en volgens jou aangeeft hoe Nederland zich wel/niet tegen probleem X kan wapenen.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiting
Volgende les: verder met beschouwing / start renaissance

Slide 13 - Diapositive

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner. 

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

    Begrippen uit deze les

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Exit ticket;

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions