Hst 3 Paragraaf 2: Temperatuur

1 / 25
suivant
Slide 1: Vidéo interactive avec 1 diapositive
naskMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

1

Slide 1 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

00:41
Hoe noemen we de kleinste deeltjes van een stof?
A
Deeltjes
B
Stofeigenschappen
C
Moleculen
D
Atomen

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

5

Slide 3 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

02:19
Vaste stof
Gas
Vloeistof

Slide 4 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

02:25
In welke fase trillen deeltjes op hun plek?
A
Vaste fase
B
Vloeistof fase
C
Gas fase

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

02:26
In welke fase bewegen de deeltjes het snelst?
A
Vaste fase
B
Vloeistof fase
C
Gasfase

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

03:46
Welke faseovergang heb je te maken als vast kaarsvet vloeibaar wordt

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

03:46
Welke fase is een stof na condenseren?
A
Vaste fase
B
Vloeistof fase
C
Gasfase

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doelen:
Aan het einde van de paragraaf kun je:
Uitleggen hoe temperatuur gemeten wordt
Uitleggen hoe een vloeistofthermometer werkt
Verschillende soorten thermometers benoemen
Verschillende eenheden van temperatuur benoemen
Celcius omrekenen naar Kelvin en andersom

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Temperatuur

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Temperatuur is een....
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Graden Celsius is een...
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Thermometer

Slide 14 - Diapositive

Tijdens het verwarmen gaan deeltjes sneller bewegen. ze zetten dus uit. Stijgbuis loopt vol. Schaalverdeling geeft de temperatuur weer.
Hoe breder de stijgbuis hoe langzamer de vloeistof stijgt
Hoe smaller hoe sneller
Hoe kleiner de stijgbuis hoe nauwkeuriger de schaalverdeling is.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Digitale thermometer

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit is een voorbeeld van...
A
Vloeistof thermometer
B
Digitale thermometer

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zoek op internet een plaatje van een kwikthermometer

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Celsius en Kelvin
Wij meten de temperatuur in celsius.
Natuurkundig het absolute 0-punt is -273 graden celsius.
Er wordt dus niets kouder dan -273 graden celsius.
En dat is 0 K.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aantekening:
0 K = -273 graden Celsius     Absolute 0-punt.
273 K = 0 graden Celsius

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk onderdeel van de thermometer geeft aan hoeveel graden de temperatuur is?
A
Stijgbuis
B
Reservoir
C
Schaalverdeling

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk onderdeel van de thermometer zit de vloeistof opgeslagen?
A
Stijgbuis
B
Reservoir
C
Schaalverdeling

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

0 graden celsius =
A
0 K
B
-273 K
C
237 K

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een andere eenheid van temperatuur is
A
Fahrenheit
B
Kelvin
C
Decibel

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht
Werken aan opdrachten paragraaf 2
Afspraken:
Je mag op fluister niveau overleggen
Je werkt aan de opdrachten, ik loop langs.
Weet je iets niet? 1. Zoek in je boek 2. Vraag je buurman/buurvrouw 3. Schrijf het even op en vraag het als ik bij je kom

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions