2.1 Eerste Wereldoorlog: Oorzaken

De Eerste Wereldoorlog 1914-1918
Oorzaken en Aanleiding
1 / 47
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 47 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

De Eerste Wereldoorlog 1914-1918
Oorzaken en Aanleiding

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen:
  • Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een oorzaak en een aanleiding.
  • Je kent de oorzaken en aanleiding van de Eerste Wereldoorlog en kunt deze herkennen in bronnen. 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wereldoorlog?

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wereldoorlog!

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Europa voor WOI

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Europa na WOI

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Overzicht en belang WOI
  • Aantal militaire doden: ± 9.9 miljoen
  • Aantal militaire gewonden: ± 21.3 miljoen
  • Aantal militaire vermisten: ±7.8 miljoen

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Strijdende partijen
  • Centralen: Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Ottomaanse Rijk en Italië
  • Geallieerden: Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, België, Rusland, Servië, Verenigde Staten (vanaf 1917) en Italië (veranderde van bondgenootschap)
  • + de koloniën van deze landen

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nieuw aan deze oorlog:
  • Eerste moderne oorlog: nieuwe wapens zoals mitrailleurs, vliegtuigen, tanks, onderzeeërs, gifgas. Nieuwe manier van communiceren: telefoon
  • Eerste totale oorlog: het hele volk is erbij betrokken
  • Eerste oorlog met zo veel doden en gewonden (=> grote gevolgen voor de medische wetenschap)

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Grote gevolgen
  • 4 keizerrijken verdwijnen
  • De kaart van Oost-Europa komt er heel anders uit te zien met nieuwe landen ( => oorzaak oorlogen in Joegoslavië 1991-2001)
  • Russische Revolutie waardoor Rusland communistisch wordt (begin Koude Oorlog)
  • Duitsland moest  132 miljard goudmark (= ± 272 miljard euro) betalen => enorme woede in Duitsland => oorzaak WO2
  • België was totaal verwoest => begin welvaart Nederland

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaken en aanleiding

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vaardigheid: aanleiding en oorzaken herkennen
  • Oorzaken = waarom iets gebeurt. Vind je door te vragen 'waardoor?' Zijn er meestal meerdere en kunnen al lange tijd bestaan.
  • Aanleiding = meest directe oorzaak; kan er dus maar eentje zijn. Ook wel: de druppel die de emmer doet overlopen. 

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een gebeurtenis...
A
Heeft maar één oorzaak
B
Heeft altijd meerdere oorzaken
C
Heeft een aanleiding.

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Oorzaken:
  1. Nationalisme
  2. Militarisme
  3. Imperialisme
  4. Frans-Duitse oorlog van 1871
  5. Bondgenootschappen

Aanleiding:
  • Moord op Franz-Ferdinand, de kroonprins van Oostenrijk-Hongarije

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaken: Nationalisme (1)
  • Natie: volk dat zich een eenheid voelt                                                                                                                bv. door zelfde taal, geschiedenis, religie, gewoontes (cultuur) 
  • Nationalisme: 
  1. Trots zijn op je volk
  2. Streven van een volk naar een eigen staat                                                                                        Probleem: niet elk volk heeft een eigen land 
       Meerdere volken in één land: spanning 
  • Nationalisme groeit sterk in 19e eeuw door: 
  1. Opkomst onderwijs (iedereen dezelfde taal) 
  2. Opkomst dienstplicht (iedereen tijdje vechten voor zijn land) 
  3. Franse bezetting door Napoleon (toch wel fijn die eigen cultuur) 

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaken: nationalisme (2)
  • Gevaren door nationalisme: 
  • Landen willen het grootste en het beste zijn => oorlog om koloniën. 
  • Ieder volk wil eigen land hebben (problemen op de Balkan) 

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk woord heeft niets te maken met nationalisme?
A
vlag
B
taal
C
mitrailleur
D
volkslied

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaken: militarisme (1)
Nationalisme leidt tot militarisme: liefde voor het eigen leger en oorlog
  • Eigen leger moet zo sterk mogelijk zijn => wapenwedloop: zo snel mogelijk zo veel mogelijk wapens krijgen 

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaken: militarisme (2)
  • Voorliefde voor militair vertoon 
  • Idee dat je problemen oplost met geweld 
  • Europese volken willen wel oorlog om te kijken wie er de sterkste was.  
  • Landen hadden al plannen klaarliggen om hun buurlanden aan te vallen 

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaken: Imperialisme
  • Imperialisme: een wereldrijk opbouwen door zoveel mogelijk koloniën te veroveren => grondstoffen voor de eigen industrie 
  • Strijd tussen Europese landen om grondgebied buiten Europa. 

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk woord heeft niets te maken met nationalisme?
A
vlag
B
taal
C
mitrailleur
D
volkslied

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Japan
Rusland
Frankrijk
Duitsland
Groot-Brittannië
China

Slide 22 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaken: Frans-Duitse oorlog (1871)

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaken: Frans-Duitse Oorlog (2)
Gevolgen Frans-Duitse oorlog:
  • De Duitse staatjes gaan samen 1 land vormen 
  • Frankrijk raakt belangrijk industriegebied kwijt 
  • Machtsverhoudingen Europa veranderen 
  • Frankrijk wil wraak 

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaken: bondgenootschappen
  • Machtsverhoudingen in Europa zijn na 1871 veranderd
  • Duitsland = erg sterk na Frans-Duitse oorlog 
  • Bescherming hiertegen in bondgenootschap: groep landen die elkaar steunen 
  • Triple Entente (geallieerden) : Frankrijk, Verenigd Koninkrijk en Rusland 
  • Triple Alliantie (centralen): Duitsland, Oostenrijk-Hongarije en Ottomaanse Rijk 

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Rusland
Engeland
Frankrijk

Slide 27 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Uit welk bondgenootschap is deze afbeelding afkomstig?
Centralen
Geallieerden

Slide 28 - Question de remorquage

Centralen, want je ziet in de prent (van W.Trier) dat Duitsland een twee frontenoorlog voert, waarbij het in het oosten ‘de Rus’ terugdringt en in het westen zijn pistool op Engeland en Frankrijk richt.
Oorzaken
Aanleiding
Gevolg
Oorzaken: omstandigheden die maakt dat iets ontstaat.
Aanleiding: De belangrijkste oorzaak waaardoor iets ontstaat
Gevolg: Hetgeen dat ontstaat door omstandigheden
Modern imperialisme
Eerste Wereldoorlog
Nationalisme
Militarisme
Moord op Franz Ferdinand
Bondgenootschappen
Frans-Duitse oorlog

Slide 29 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

De aanleiding
De moord op Franz-Ferdinand

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Problemen op de Balkan
  • Op de Balkan veel verschillende volken in veelvolkerenstaten
  • Vooral in keizerrijk Oostenrijk-Hongarije veel ontevreden volken 
  • Conflict met Servië
    over Bosnië (wie mag het hebben?)
  • Servië net onafhankelijk van Ottomaanse Rijk (ook een veelvolkerenstaat)

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bezoek Franz-Ferdinand aan Sarajevo
  • 28 juni 1914: bezoek van kroonprins Franz Ferdinand van O-H aan Sarajevo (Bosnië) 
  • In Bosnië woonden veel Serviërs 
  • 28 juni voor Serviërs dag van nationale rouw (verloren op die dag in 1389 van Osmaanse Rijk) 

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De moord op Franz-Ferdinand
  • Leden van ‘De zwarte hand’ hadden aanslag voorbereid 
  • Servisch-nationalistische groep 
  • Gavrilo Princip schoot Franz-Ferdinand neer

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 34 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Bondgenootschappen
(tot 1917)

  • Geallieerden: Frankrijk, Engeland, Rusland, Italië, Servië

  • Centralen: Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Turkse Rijk, Bulgarije

  • Neutrale landen: Nederland, Spanje, Zwitserland, Noorwegen, Zweden

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De kettingreactie
  1. Princip doodt Frans-Ferdinand (28 juni 1914) 
  2. Oostenrijk zoekt steun bij Duitse keizer 
  3. Wilhelm II geeft Oostenrijk onvoorwaardelijke steun 
  4. Oostenrijk eist dat Servië het Oostenrijkse leger toelaat om nationalisten in Servië op te sporen 
  5. Servië vraagt steun aan Rusland (=broedervolk) 
  6. Rusland mobiliseert zijn troepen (1 aug.) 
  7. Duitsland verklaart de oorlog aan Rusland (1 aug.) 
  8. Frankrijk (bondgenoot van Rusland) mobiliseert 
  9. Duitsland verklaart de oorlog aan Frankrijk (3 aug.) 
  10. Duitsland valt België binnen (neutraal land) 
  11. Engeland verklaart de oorlog aan Duitsland (4 aug.) 
  12. WOI uitgebroken (Centralen – Geallieerden) 

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 37 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions


Von Schlieffenplan




Duitsland was ingesloten tussen twee vijanden: Frankrijk en Rusland
Om een tweefrontenoorlog te voorkomen wilden de Duitsers met dit plan
eerst snel Frankrijk uitschakelen, om daarna Rusland te kunnen verslaan

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Von Schlieffenplan

Een Duits plan om via een verrassingsaanval Frankrijk in te nemen via het neutrale België, bedacht door generaal Von Schlieffen.


Het plan mislukte om 2 redenen:

  • de opmars in het westen liep vast
  • Rusland mobiliseerde sneller dan verwacht

--> hierdoor ontstond tweefrontenoorlog

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer begon de Eerste wereldoorlog ?
A
1913
B
1914
C
1915
D
1916

Slide 40 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De aanleiding voor het uitbreken van WO I is:
A
Frans-Duitse oorlog
B
Moord op Franz- Ferdinand
C
Wapenwedloop
D
Nationalisme

Slide 41 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zie je op de afbeelding?
A
Gevolg van de Eerste Wereldoorlog
B
Aanleiding van de Eerste Wereldoorlog
C
Indirecte oorzaak van de Eerste Wereldoorlog
D
Gevolg van de Tweede Wereldoorlog

Slide 42 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zie je op de afbeelding?
A
Gevolg van de Eerste Wereldoorlog
B
Aanleiding van de Eerste Wereldoorlog
C
Oorzaak van de Eerste Wereldoorlog

Slide 43 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke oorzaak staat afgebeeld?

Slide 44 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk begrip?
Vlaggen – volksliederen – kolonies

Slide 45 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke oorzaak is afgebeeld?

Slide 46 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit is een foto van een wapenfabriek uit de Eerste Wereldoorlog.

Van welke oorzaak van de Eerste Wereldoorlog is dit een voorbeeld?
A
Bondgenootschappen
B
Nationalisme
C
Modern imperialisme
D
Bewapeningswedloop

Slide 47 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions