1.4 Chromosomen

 1.4 Chromosomen






"Iedereen is anders. Dat komt doordat de erfelijke informatie in de celkernen bij iedereen anders is."
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

 1.4 Chromosomen






"Iedereen is anders. Dat komt doordat de erfelijke informatie in de celkernen bij iedereen anders is."

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt de kenmerken van chromosomen beschrijven. 
  • Je weet dat chromosomen in paren voorkomen.
  • Je weet hoeveel chromosomen er in een menselijke cel zitten.
  • Je kent het verschil tussen geslachts- en lichaamscellen.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Slide 4 - Diapositive

Chromosomen
In de celkern liggen chromosomen.

Chromosomen zijn opgebouwd uit  DNA en eiwit.

DNA bevat de informatie voor je erfelijke eigenschappen. 

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

BELANGRIJK!
Pas als een cel zich gaat delen, worden de chromosomen zichtbaar onder de microscoop:

Lange, dunne draden --> korte, dikke draden= condensatie


Slide 7 - Diapositive

Chromosomenparen
  • Chromosomen komen voor in paren (2n)!
  • Dit is een chromosomenportret, gerangschikt naar grootte en vorm
  • Mensen hebben 23 paren chromosomen=2n=2.23= 46 
  • De paren zijn gelijk, behalve de geslachtschromosomen  (bij de man XY en vrouw XX)

Slide 8 - Diapositive

Lichaamscellen 
  • Voorbeelden van lichaamscellen zijn huidcellen, levercellen en spiercellen.
  • Elke menselijke lichaamscel heeft 23 paar chromosomen= 2x23=46 chromosomen
  • Elk soort organisme heeft in de kernen van de lichaamscellen een vast aantal chromosomen. Dit is altijd een even getal. --> 2n chromosomen

Slide 9 - Diapositive

Gewone celdeling = mitose
Lichaamscel (46) --> Lichaamscel (46)
Reductiedeling = meiose
Lichaamscel (46) --> geslachtscel (23)

Slide 10 - Diapositive

Menselijke cel

In een eicel zitten 23 chromosomen.
In een zaadcel zitten 23 chromosomen.

Eicel + zaadcel = een bevruchte cel met 46 chromosomen.

Die bevruchte cel gaat zich delen.




Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo