‹Revenir à la recherche

BASISSTOF 5 EN 6 (MITOSE EN MEIOSE)

CHROMOSOMEN
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 4

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

CHROMOSOMEN

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

CELKERN: COMMANDOCENTRUM

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

MITOSE EN MEIOSE
  • GEWONE CELDELING OFWEL MITOSE: VOOR GROEI, ONTWIKKELING EN HERSTEL MOETEN NIEUWE CELLEN GEMAAKT WORDEN.
  • REDUCTIEDELING OFWEL MEIOSE:  DOOR DIT PROCES WORDEN GESLACHTSCELLEN (ZAADCEL/EICEL) GEMAAKT. BIJ REDUCTIEDELING WORDEN HET AANTAL CHROMOSOMEN GEHALVEERD. 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

CELDELING: ALGEMEEN

Slide 4 - Diapositive

VOORAL DE BEGRIPPEN MOEDERCEL EN DOCHTERCELLEN BENADRUKKEN DAT HET NIETS MET GESLACHT TE MAKEN HEEFT.
MITOSE
STAP 1: KOPIËREN
STAP 2: SPIRALISEREN
STAP 3, 4 EN 5: LOSKOPPELING DNA-KETENS / ELKE DOCHTERCEL KRIJGT EEN KOPIE VAN IEDER CHROMOSOOM
STAP 5 EN 6: NIEUW CELMEMBRAAN TUSSEN DOCHTERCELLEN


Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

chromosomen 
  • Dit is een chromosomenportret
  • Mensen hebben 23 paren chromosomen.
  • Totaal 46 chromosomen.
  • De paren zijn gelijk, behalve de geslachtschromosomen  (bij de man XY en vrouw XX)

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Menselijke cel

In een eicel zitten 23 chromosomen.
In een zaadcel zitten 23 chromosomen.

Eicel + zaadcel = een bevruchte cel met 46 chromosomen.


Die bevruchte cel deelt > alle lichaamscellen (behalve de geslachtscellen) hebben 46 chromosomen




Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

WAT GEBEURD ER BIJ STAP 1 VAN MITOSE?

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

WAT GEBEURD ER BIJ STAP 2 VAN MITOSE?

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

WAARVOOR DIENT REDUCTIEDELING?

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Plus de leçons comme celle-ci

4.2 Meiose ll

- Leçon avec 28 diapositives
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

4.2 Vorming van geslachtscellen nabespreken

- Leçon avec 30 diapositives
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Organen en cellen T4

- Leçon avec 11 diapositives
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Mitose en meiose

- Leçon avec 21 diapositives
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

4.2 Vorming geslachtscellen

- Leçon avec 41 diapositives
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

1.6 Reductiedeling (Meiose)

- Leçon avec 45 diapositives
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

1.6 Reductiedeling (meiose)

- Leçon avec 22 diapositives
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

1.6 Reductiedeling (Meiose)

- Leçon avec 33 diapositives
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3