Quiz 5VWO - KSH

• Muziek
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Voorkennis

Slides in deze kleur:

herinneringen aan de theorie

Quizvraag

Slides in deze kleur:

quizvragen over de theorie

"Als de 2e toon in de ladder zit,
is het interval rein of groot"

NB:

grondtoon = laagste noot

toonsoort = majeur

H7. Intervallen

Welk interval zie je op het bord?

1. grote terts
2. reine kwart
3. grote sext
4. reine kwint

"Als de 2e toon niet in de ladder zit,
is het interval niet rein of groot"

NB:

grondtoon = laagste noot
toonsoort = majeur

H7. Intervallen

Het interval is:

1. Rein
2. Klein
3. Groot

"Groot interval kan verkleind worden tot

een klein interval"

"Klein interval kan vergroot worden tot

een groot interval"

"Rein interval kan nooit groot of klein worden,

wel verminderd of overmatig.

H7. Intervallen

Het interval is:

1. Rein
2. Groot
3. Geen van beide

"Verminderd interval = 1/2 toon kleiner

dan een klein of rein interval"

"Overmatig interval = 1/2 toon groter

dan een groot of rein interval"

NB:
grondtoon = laagste noot
toonsoort = majeur

H7. Intervallen

Welk interval zie je op het bord?

1. Verminderde kwint
2. Verminderde kwart
3. Overmatige kwint
4. Overmatige kwart

Welke trucjes ken je om intervallen te onthouden?

Interval gehoortraining

H7. Intervallen

Zing het liedje en focus op het dikgedrukte interval.
Welk gele kaartje hoort bij welk rode kaartje?

Altijd is Kort Jakje ziek

Berend botje, ging uit varen

Va-der Jacob

Zie ginds komt de stoomboot

Grote sext

Grote secunde

Reine kwint

Reine kwart

Sleepvraag

Sleep een

geel vakje + groen vakje

naar een

rood/wit vakje

leidtoon

b

leidtoon fis

leidtoon cis

leidtoon gis

leidtoon dis

geen

kruizen

laatste

kruis is

gis

laatste

kruis is

dis

laatste

kruis is

fis

laatste

kruis is

cis

Stelling A. In een mineurladder zit een kleine terts
Stelling B: In een mineurladder zit een leidtoon

1. Stelling A is waar
2. Stelling B is waar
3. A en B zijn beide waar
4. A en B zijn beide niet waar

"Mineurtoonladder =
Een toonladder met een kleine terts op de grondtoon."

H7. Intervallen

In welke toonsoort staat maat 4?
de g = grondtoon

1. G-mineur
2. Bes-groot

Met welke muzikale term(en) kun je de cellopartij (onderste) aangeven?

1. Bourdon
2. Orgelpunt
3. beide
4. geen van beide

"Als de 2e toon in de ladder zit,
is het interval rein of groot"

NB:

grondtoon = laagste noot

toonsoort = majeur

H7. Intervallen

"Verminderd interval = 1/2 toon kleiner

dan een klein of rein interval"

"Overmatig interval = 1/2 toon groter

dan een groot of rein interval"

NB:
grondtoon = laagste noot
toonsoort = majeur

H7. Intervallen

fis

grote secunde

op e =

reine kwint

op g =

groot septiem

op e =

grote terts

op c =

overmatige kwint

op d =

kleine sext

op a =

reine kwart

op f =

grote sext

op bes =

d

dis

e

ais

f

bes

g

01:05

1. Dit stuk staat in E-groot
2. Dit stuk staat in C-groot
3. Dit stuk staat in A-mineur

EINDE