2.5 - Voedselbederf

Thema 2 - Voeding en vertering
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Thema 2 - Voeding en vertering

Slide 1 - Diapositive

Thema 2
2.1 - Voedingsmiddelen en voedingsstoffen
2.2 - Het verteringsstelsel
2.3 - De organen voor vertering
2.4 - Gezonde voeding
2.5 - Voedselbederf
2.6 - Voeding en vertering bij zoogdieren

Slide 2 - Diapositive

Deze Les
  • Uitleg over 2.5 - Voedselbederf
  • Werken aan opdrachten
  • Afsluiten

Slide 3 - Diapositive

2.5 - Voedselbederf

Slide 4 - Diapositive

Doelen van de paragraaf

Je kan noemen op welke wijze voedselbederf kan ontstaan.

Je kan voorbeelden noemen waarmee voedselbederf kan worden tegengegaan.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Slide 7 - Vidéo

Slide 8 - Vidéo

Schimmels
bestaan uit: dunne draden
planten zich voort door: sporen

Slide 9 - Diapositive

Bacteriën
bestaan uit: één cel
planten zich voort door: celdeling

Slide 10 - Diapositive

Voedsel conserveren
Conserveren = behandelen zodat het minder snel bederft. Door de organismen die bederf veroorzaken te doden of te voorkomen dat ze kunnen voortplanten/groeien.

Net als mensen en dieren hebben bacteriën en schimmels nodig:
  • Een goede temperatuur om voort te planten
  • Voldoende zuurstof
  • Voldoende vocht

Daar maken we gebruik van bij conserveren van voedingsmiddelen.
Bacteriën zijn wel sterker dan wij en kunnen bij extremere omstandigheden blijven leven!

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Voeding conserveren
Verschillende methoden van conserveren:
  • Invriezen - bacteriën niet dood!
  • Pasteuriseren - alleen schadelijke bacteriën/schimmels dood
  • Steriliseren - alle bacteriën/schimmels dood, door hoge temperatuur iets andere smaak
  • Vacuüm verpakken - bacteriën niet dood!
  • Gasverpakken - andere luchtsamenstelling (bacteriën niet dood)
  • Drogen - vocht onttrekken, bacteriën niet dood!
  • Conserveringsmiddelen toevoegen, zoals suiker, zout, of zuur - leefomstandigheden ongunstig
  • Doorstralen met radioactieve stoffen
    dood alle organismen

Slide 14 - Diapositive

Vragen?

Slide 15 - Diapositive

Aan de slag...
2.5    Voedselbederf
Opdracht 1 t/m 10

Slide 16 - Diapositive

Wat is voedselbederf?
A
Door micro-organismen is het voedsel ongeschikt geworden voor consumptie
B
Voedsel wat nog net te eten is maar al wel stinkt
C
Alleen bacteriën kunnen dat veroorzaken
D
Alleen schimmels kunnen dat veroorzaken

Slide 17 - Quiz

Hoe voorkom je voedselbederf?
A
Door te zorgen dat bacteriën moeilijker delen
B
Door te zorgen dat er geen schimmels en bacteriën bij komen
C
Door te zorgen dat schimmels minder sporen vormen
D
Zowel A,B als C zijn goed

Slide 18 - Quiz

Wat moet je doen om voedselbederf te voorkomen?
A
snel opeten
B
hygienisch werken
C
in de aanbieding kopen
D
bewaren op de juiste manier

Slide 19 - Quiz

Voedselbederf ontstaat door..........
A
schimmels
B
celdeling
C
bacteriën
D
schimmels en bacteriën

Slide 20 - Quiz

Hoe kan je voedselbederf herkennen?
A
ruiken
B
smaak
C
uiterlijk
D
als je er ziek van wordt

Slide 21 - Quiz

Welke manier van conserveren zie je hier?
A
Drogen
B
Steriliseren
C
Pasteuriseren
D
Luchtdicht verpakken

Slide 22 - Quiz

Welke manier van conserveren zie je hier?
A
Drogen
B
Steriliseren
C
Pasteuriseren
D
Luchtdicht verpakken

Slide 23 - Quiz

Welke manier van conserveren zie je hier?
A
Drogen
B
Steriliseren
C
Pasteuriseren
D
Luchtdicht verpakken

Slide 24 - Quiz

Welke manier van conserveren zie je hier?
A
Koelen
B
Steriliseren
C
Pasteuriseren
D
Luchtdicht verpakken

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Diapositive